85 „Het bewustzijn, dat de officieren zoo te recht van hun betrekking' bebben, moet niet ontaarden in hoogmoed of in gebrek aan eerbied voor de overige klassen der maat schappij. Hoe meer liefde de officier voor zijn beroep koestert, hoe hooger hij het doel daarvan stelt, des te meer zal hij overtuigd worden dat het vertrouwen van de verschillende klassen der maatschappij in het officiers korps een noodzakelijke voorwaarde is voor het volbren gen van de roemrijke en verhevene taak van het leger. „De regimentscommandanten zijn aan mij verantwoording schuldig voor het handhaven van een levendig gevoel van oer in de officierskorpsen. De middelen, waarover zij beschikken om de jonge officieren op te voeden, stellen hun bij het handhaven van dien geest die uitsluitend de legers groot maakt in staat, hun invloed te doen ge voelen ook buiten hun commandementzelfs nadat zij dit hebben neergelegd. Zij znllen dit doel bereiken door er voor te waken, dat de jonge officieren de vriendschappe lijke raadgevingen van hun oudere kameraden opvolgen, en door hen te overtuigen, dat de oudere officieren het recht hebben, het gedrag der jongeren na te gaan en te leiden. „Aldus opgevat, zullen de opvoeding, het voorbeeld, de raadgevingende vermaningen en de bevelen ten gevolge hebben dat de gevallendie voor de eergerichten moeten gebracht worden, hoe langer hoe zeldzamer worden." Elk rechtgeaard militair, die deze welsprekende woor den leest, zal, dunkt mij, gevoelen, dat ze hem uit het hart gegrepen zijn. Zou het niet weuschelijk zijn, datevenals in het Duit- sehe leger geschiedtook bij ons zulke wenken en raad gevingen aan nieuw aangestelde officieren voorgelezen en later veelvuldig herinnerd werden?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 91