115 rie waren eene toereikende magfc geweest, om dit te kun nen uitvoeren; terwijl het overige gedeelte der armee, met achterlating van eene behoorlijke bezetting, te nemen uit de Artillerie te voet en uit de garnizoens-Infanterie, al mede uit de sterkte had kunnen rukken; met deze troe pen konde men zoodanige stelling nemen, 0111, in geval het den vijand gelukte op het eene of andere punt door te dringen, met alle krachten aan te vallen en hem te noodzaken om, met aanmerkelijk verlies, naar zijne ge vaarlijke en verschrikkelijke verblijfplaats terug te moeten keeren, welke handelingen de onzen nog verder ten nutte had den kunnen maken, om namelijk van de geivapende bur- gerwacht en van de bevolking der omliggende kampongs zoodanige voordeelen te trekken, waarop men in eene te genovergestelde handeling toch in het geheel niet rekenen mogt. Een ieder, die met de ongezonde stranden in de nabijheid van de stad Batavia bekend is, kan het beste beoordeelen, in welke hagchelijke omstandigheden zich daar de vijand bevonden zoude hebben! Afgemat door eene lange en vermoeijende zeereis, en door het gebruik van scheepsvoedsel gedwongen om, een maal aan den wal zijnde, in de nabijheid van de schepen te blijven, gedurende mistige en vochtige nachten, met weinige of zonder tenten, tussclien de moerassen door te moeten brengen; daarenboven afgesneden van de omliggende kampongs, waardoor op den toevoer van ververschingen niet mogt gehoopt wordenen eindelijk in aanmerking genomen de onverwachte ontmoeting van eenen wel gedirigeerden en hardnekkigen wederstand; zoo was de toestand des vijands niet benijdenswaardig. Alle deze omstandigheden Dat de moerassige terreingesteldheid in die streken sedert weinig verandering heeft ondergaan, leert ons de net uitgevoerde kaart op het topographiscli bureau van den Indischen Geueralen staf, van „Batavia en omstreken" op de schaal van 1:20000. 1878. N.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 120