123 houdende vuur, dat uit de redoutes No. 1 en No. 2 gedaan werdvolstrekt belette om verder door te dringenalle welke gebeurtenissenoverwogen en gevoegd bij he't aanzien dei- middelen, welke men aan onze zijde nog overig behield, voldoende waren, om den vijandelijken opperbevelhebber te overtuigen, dat de kolonie Java althans, niet zoo gemakkelijk als de eilanden Bourbon en Isle de France te nemen was. Onze troepen nu, zoo als voren gezegd, binnen het kamp vereenigd zijndezoo hield men zich dadelijk onle dig met schikkingen te beramen, ten einde eenen algemee- nen aanval te kunnen wederstaan. De Brigadier de Koek werd in de plaats van Alberty belast met de provisio- neele waarneming van den post van Chef van den Alge- meenen staf; de Brigadier Jauffret bekwam het bevel over het voorfrontde Brigadier Gaupp dat over de zij de tegen de slokkande Kolonel Legrévisse over het ach terfront; de Kolonel Bonnette over het front tegen kam pong Malaijoe en langs de rivier tot voorbij het fort terwijl aan den Brigadier von Liltzow het bevel over de troepen der reserve opgedragen wierden aan ieder dei- genoemde kommandanten werd min of meer een getal bataillons toegevoegdom hunne posten te kunnen ver dedigen. Bij de redoute No. 3 wierd boven de gewone bezetting nog een bataillon gesteld, met uitdrukkelijke» last echter, dat dit zoude hebben te zorgen, dat de brug aldaar over de slokkan gelegenbij nacht steeds aan de binnenzijde der sterkte overgehaald bleef. De linie van de redoutes No. 1 en No. 2 wierd almede des nachts met Infanterie bezetde rijdende Artillerie stond als dan in bataille op de vlakte daar achter; de Kavallerie in gelijke orde achter deze; en eindelijk dan de kolon- ne Infanterie der reserveop welke posten men staan bleef tot des morgens, wanneer men, ziende dat de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 128