203
lijk opgevat, zouden dc geweren nimmer kunnen worden
gebruineerd; immers tijdeus liet bruineeren zijn de geweren
niet slagvaardig (sic)? Daar deze bepaling echter meer
bepaald de chefs van korpsen en detachementen aangaat
nemen we aandat de onduidelijkheid geeue nadeelige ge
volgen zal hebben.
Vermits 40 alleen van belang is voor de officieren
van wapeningen deze speciale instructiën moeten hebben,
had deze uit het voorschrift kunnen zijn weggelaten.
In 57 moet onder de „werktuigen en zaken", die
tot het schoonmaken en in orde brengen der wapenen
moeten worden gebezigd, ook de slotborstel worden be
grepen, in verband met het bepaalde bij 54.
De bepalingen in de 68 en 69 behooren grooteu-
deels in het voorschrift niet tehuis. De vermeldingdat
de patroonzakkende geweerriemende binnenklep en
de bak van de patroontasschen, zoomede de binnenzijden
van het overige lederwerk niet mogen worden zwait ge
maakt, was meer afdoende.
Alsdan diende 70 daarmede in overeenstemming te
worden gebrachtwaardoor zij meer doeltreffend zou zijn
dan thans.
Door aan 74 een meer algemeenen zin te gevenkan
de bijna gelijkluidende slotalinea van 39 vervallen.
Het opnemen van bepalingen, als in het voorschrift is
geschied, onder het opschrift: „Nummeren eii merken
is van zeer twijfelachtig nut, nu daaromtrent meer alge-
meene voorschriften zijn gegeven bij Algemeene order.
In elk geval konden die bepalingen zeer zijn bekort, door
daarin wegtelaten wat alleen voor officieren van wapening
van belang is.
Voor de roode verw, in 80 bedoeld, moesten de
ingrediënten almede uit de oorlogsmagazijnen kunnen wor-