253 Neen, de Generaal Pel heeft zeer verstandig gehandeld, door, in dit opzicht, niets te spreken of te schrijven, hetgeen trouwens ook niet in zijn aard lag, alvorens van den goeden uitslag verzekerd te zijn. Dat zijn zwijgen den onzuiveren toestand in het leven riep, welke nader hand tot nadeelige gevolgen heeft geleid, kan ik niet beamen; want ook zijn dood kon een terugkeer tot de regeling van 2 Februari 1874 niet meer mogelijk maken. De Heer Yan Rees zegt: „Ware Pel niet gestorven, de oorlog zou waarschijnlijk reeds beslist zijn." Door het woordje waarschijnlijk wordt alle tegenspraak weg genomen. Alleen zij nog opgemerkt, dat de Generaal Pel volstrekt niet zoo ver wilde gaan met het uitbreiden zijner positie en het aanvallen van den vijand, als Yan Rees en anderen dit wenschten. Wel was de taakdie hij zich had opgelegdtoen hij plotseling en onverwachts uit zijn gewichtigen werkkring werd weggeruktnog niet volvoerd, maar hetgeen thans zal gebeuren onder den Generaal-Majoor Yan der Heijden, behoorde niet tot zijn oorlogsplan en is meer als een noodzakelijk gevolg zijner handelingen te beschouwen. Hadde men vroeger Habib Abdoel Rachman's voorstellen aangenomen, de oorlog zoude vrij zeker ten koste van minder menschenlevens en met meer terrein- wi volkenkennis doorgevoerd zijn, zoodat niet waarschijnlijk, maar wel vrij zeker de goede uitslag eerder bereikt was. Dat de Heer Van Rees, even als kapitein Borel, alles in den Generaal Van Swieten afkeurt, behoeft nog niet te leiden tot, verheerlijking van de ge ringste oorlogshandelingen van Generaal Pel. Uit dezelfde bronnen puttende als Borel, Van Rees en anderen, kan ik niet nalaten als mijn gevoelen mede te deelen, dat de door Generaal Pel gevolgde tactique de jour en jour (men denke aan hetgeen Troohu van zijn guerre au jour le jour verweten werd, toen hij tijdens het beleg van Parijs

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 258