387 - en ver-ziendheid vereischen naar het oordeel van onpar tijdige deskundigen wijziging. Wel spreekt het van zelf, dat iemand met eenigszins zwakke oogen minder goede uitkomsten van zijn schot te verwachten heeft dan hij, wiens gezichtsvermogen niets te wenschen overlaat, maar het is evenmin te ontkennen, dat in rij en gelid, op een afstand van 2/300 passen, waarop men kan aan nemen dat in den regel eene afdeeling Schutterij zal hebben te vurenook zij n schot waarde heeftmits hij slechts horizontaal, of beter noglaag aanlegge. Buitendien kan die kortzichtige iemand wezen, wiens zedelijk overwicht zijn optreden bij de Schutterij wenschelijk maakt. In de Duitsche „Landwehr" treft men officieren, en ook zelfs minderen, met brillen aan. Moet men voor onze Schutte rij nog hoogere eischen stellen "Vreemd, onverklaarbaar is het, dat we noch onder onze onmiddelijke omgeving, noch onder onze bekendennoch onder hen met wien we ambtelijk of in zaken in aanraking komen, niet eens onder de personen, die we op straat zienzoo uiterst weinig menschen ontmoeten, met een der in dat reglement vermelde gebreken behebtDe Indisch-Europeesche maat schappij zelfs in de groote plaatsenis beperkt. Men weet of ziet al spoedig wie zich in het genot eener goede ge zondheid of van een krachtig lichaamsgestel mag verheu gen, en om der zedelijklieidswille mogen we niet aanne men, dat ieder afgekeurde, van wien we niet weten dat hij iets mankeert, aan een geheim ongemak lijdende is. Personen diezonder brildagen en nachten aan de schrijf tafel doorbrengen, „diamond editions' met graagte verslin den. duidelijk voorwerpen weten te onderscheiden, waar op het menigen scherpschutter schemertanderen die eiken Zondag ter jacht gaan, uitgestrekte toeren te paard en wandelingen makenverscheidene, achtereenvolgende, nach ten dansenzonder dat dit hun in het minst in hunne

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 398