402
het verdubbelen zeker tot die gevechtsvormendie de
kracht der infanterie aanmerkelijk verhoogen.
Het bajonetschermen is zeer vereenvoudigd, maar toch
acht men het voor de Schutterij ounoodig. Maar heeft
men wel bedacht, dat, bij alarm, de schutters, zonder
munitie, dus zoo goed als ongewapend, zich naar de
alarmplaats moeten begeven? De Nota zegt alweer, „dat
het rationeel is, dat de mannelijke bevolking van een
landvooral van eene koloniezich zelf of wel vrouw
en kind met de wapenen in de hand kunne verdedigen"
doch het onderricht in de behandeling van die wapenen
wordt niet gegeven! De geheele bajonetvechtkunst bestaat
uit negen of tien bewegingen, die gemakkelijkmet de hand
grepen, aan de rekruten kunnen worden onderwezen, en
waarvan de kennis aan de schutters, bij mogelijk gebrek
aan patronen, een zeker zelfvertrouwen zoude geven. We
meenen dusdat de Schutterij ook in het gebruik van
het geweer als stootwapen behoort geoefend te worden.
We hopen nu op afdoende wijze te hebben aangetoond
dat, zij het dan ook uit welwillendheid of uit zucht om
de dienst niet te verzwaren, men aan de Schutterij de
middelen onthouden heeft om aan hare roeping te beant
woorden en om hare eigene veiligheid te waarborgen.
Dwaling zou het echter zijn, te gelooven, dat de schut
ters behoorlijk geoefend worden in dat weinige, wat ze,
volgens de bepalingen, wel dienen te weten. Meestal be
paalt men zich tot exercitiën uit de Bataillonschool onder
bevel van den korpskommandant. Richten, met pelotons
marcheeren, in bataille komen, is ongeveer alles, benevens
man voor man naar de schijf schieten. Yan attakeeren,
vuren in gesloten orde of garnizoensdienst, heeft men bij
sommige korpsen nooit gehoord. Zelden of ooit wordt
aan de kapiteins en luitenants gelegenheid gegeven, zelf
standig op te treden, en daar komt het toch op aan.