404
middel om onder de gegeven omstandigheden in den kortst
mogelijken tijd het krachtigst aanvals- of weêrstandsver-
mogen te ontwikkelen. In de meeste gevallen bepaalt
zich het onderwijs tot het exerceeren volgens het „boekje,"
maar wanneer en onder welke omstandigheden men dezen
of genen gevechts- of marschvorm moet aannemen zóóver
strekt het zich niet uit; en daarop komt het juist aan.
De wijze, waarop thans bij de meeste korpsen theorie
gehouden wordt, is naar onze meening volstrekt ondoel
matig en. vereischt dringend verbetering.
De oefeningstijd is ook ongelukkig gekozen. Zes maan
den exerceeren, en dan weer zes maanden niets doen, om
na verloop daarvan op nieuw met „Hoofd rechts" en „Hoofd
links' te beginnen, is genoeg om zelfs bij ieder lid der Schut
terij een onoverwiunelijken afkeer van alle schutterlijke
bijeenkomsten te doen ontstaan en levendig te houden. In
eiken westmoeson zijn er dagen, waarop dikwijls met minder
bezwaar dan in het droge jaargetijde kan worden ge
ëxerceerd. Men make daar gebruik van en vermindere het
aantal exercitiedagen in den oostmoeson op zoodanige
wijze, dat, voor zooveel de weêrsgesteldheid het toelaat,
de Schutterij niet meer dan 25 of 26 keeren per jaar onder
de wapens komt. Dat is niet meer dan tegenwoordig, nu
men gedurende zes maanden wekelijks bijeenkomt, maar
het geeft het voordeel, dat men den troep geleidelijk een
hoogeren graad van militaire ontwikkeling kan doen bereiken
en de oefeningen meer afwisselen. Het blijft altijd eene
buitengewoon lastige zaak, bij plotseling opkomend slecht
weder, de exercitie in tijd af te gelasten, vooral in Indië, waar
de weêrsgesteldheid op eene en dezelfde plaats, op het zelfde
oogenblik, dikwijls zóó zeer verschilt. Ook moet men zich
aan vaste exercitiedagen houden, opdat de schutters hunne
werkzaamheden met "het oog daarop kunnen inrichten en
niet aan oproepingen voor dienst op ongeregelde tijdstippen