42
rekening houdendehet parlementairisme te 'schragen
maar tevens niet blind te zijn voor zijne gebreken. Wij
moeten die gebreken kennen en de middelen wetenwaar
door zij geneutraliseerd kunnen worden.
Wie over de gebreken van den constitutioneelen regee-
ringsvorm uitwijdtmeet ze gewoonlijk zeer breed uit en
zoekt de oorzaak van zijne onvruchtbaarheidzoo als dan
beweerd wordt, daar, waar zo niet gevonden wordt. Om
over de beweerde onvruchtbaarheid van het Nederlandscli
parlementairisme te oordeelen zoude menals onpartijdig
toeschouwer, niet alleen in de zoogenaamde parlementaire
maar ook in de regeeringskringen moeten geleefd hebben
en afdalen naar de omgevingwaarin de groote voorstel
len bewerkt wordenwelke de volksvertegenwoordiging
moeten bereiken. Men zoude dan ook in die omgeving
moeten onderzoeken of zijdie zich daarin bewegenon
feilbaar zijn. Mij dunktdat het raadsel spoedig opge
lost zoude zijn, wie in die omgeving de klaagliederen
tegen de volksvertegenwoordiging aanheffen. Mij dunkt,
dat de onpartijdige toeschouwer, die tevens bevoegd is
om den arbeid, maar vooral den arbeid op het gebied
van wetgeving en organisatie te beoordeelen, welke uit de
werkplaatsen dier omgeving komende, zijne intrede doet
in het paleis der Natie, weldra de oorzaken weet aan te
wijzen der onvruchtbaarheid van dien arbeid, maar ze
niet aan de volksvertegenwoordiging zoude wijten.
Bepalen wij ons maar weder tot het gebied der alge-
meene landsverdediging. Wanneer men door opvolgende
ministers van Oorlog van de laatste vijf en twintig jaren
zoo weinig heeft zien doen aan de verzekering onzer on
afhankelijkheid, door verbetering van het krijgswezen in
Nederlanddan hebbe men zich af te vragen of onvrucht
baarheid op dit gebied niet hoofdzakelijk moet worden
toegeschreven aan de omstandigheiddat die ministers