129
middel van ijzerkoord wordt dit gebint onbewegelijk ter plaatse
vastgezet. Met uitzondering van het kromlijnig gedeelte, dat plat
moet blijven, worden de boveneinden der wijzers de eigenlijke
seinnaaldcn rugvormig afgeschaafd, zoodat de wind er weinig vat op
heeft. Om ze in de verte des te beter te kunnen zien, worden de
naalden zwart; het telegraaphgebint daarentegen wit geverwd. Ten
einde de wijzers naar een bepaalden kant schuin te kunnen stellen,
zijn zij ter hoogte van het ophang- of draaipunt a (fig. 1) elk
voorzien van 2 horizontale metalen armen a 6, aan wier uiteinden een
trekkoord vastgemaakt is. Om die koorden gemakkelijk te kunnen
onderscheiden, zijn de linkertrekkoorden blauw, die aan de rechter
hand rood gekleurd.
Die blauwe en roode kleuren zijn aldus gekozen in verband met
de blauwe en roode glassckermenwelke men zoo als hierna blijken
zal des nachts bij het telegrapheeren noodig heeft. Door de hier
boven vermelde inrichting zal dus elke naald schuin gesteld kunnen
worden en wel naar de zijde van het koord, waaraan getrokken
wo) dt. Om te kunnen zorg dragendat de naalden immer in den
vereischten schuinen stand bij dit systeem onder den standvastigen
hoek van 15°—kunnen worden gebracht en voorts om te beletten,
dat de wijzers niet verder, dan noodig doorslaan, dienen de palletjes
of ijzeren pennetjes a (fig. 2), dfe nabij de trekkers t door de ge
kleurde koorden op gelijke afstanden a c der krammen c getrokken
worden. Daartoe moet a c (fig. 2) b V (fig. 1) genomen worden.
De gewichten of kogels Pwelke door middel van het oog d aan
de koorden d c (fig. 2) hangenzullen blijkens de figuur de naalden
onmiddelijk weder in de verticale of rustpositie terug brengen, zoodra
het koord, waaraan getrokken wordt, losgelaten wordt. Om met
dezen toestel 's nachts te kunnen telegrapheeren, moeten de loodrechte
en schuine wijzerstanden door licht aangeduid kunnen worden. Hoe
dit plaats heeft, kan genoegzaam uit de figuren 1, 2 en 3 worden
afgeleid.
Men heeft namelijk bij eiken naald één vast, wit licht benevens
een blauw en rood gekleurd glasscherm. Staat nu eeue naald te lood,
dan wordt een wit licht waargenomen, terwijl het blauwe en roode
licht overeenkomen respectievelijk meteen schuinslinkschen of schuins-
9