268
ook of al zullen ze zelfs gebrek lijden. Komt de man echter te sterven,
dan blijft de weduwe met een schamel luitenantspensioentje achter, of
schoon hij reeds 15 a 18 jaar gediend heeft!
Een Indisch blad heeft vroeger het korps Militaire Apothekers de stief
kinderen van het leger genoemd, en wij weten waarlijk geen woord, dat
beter past. Men kan haast niets bedenken of ze worden achteruitgesteld.
Wat moet het b. v. beteekenen, dat in Nederland de geheele Genees
kundige dienst, hiér alleen de officieren van Gezondheid, de sjerp mogen
dragen? Hebben zich de Militaire Apothekers wellicht onwaardig ge
toond, dit distinctief van een officier te dragen?
Terwijl bij alle takken van het leger op wetenschappelijke mannen aange
drongen wordt, schamen zich enkele officieren van Gezondheid niet, luide
te verklaren, „dat zij het best konden vinden met gedresseerde onderofficieren,
die desnoods een iets hoogeren rang konden hebben; wetenschappelijk
gevormde Apothekers zijn alléén noodig bij een groot militair hospitaal,
en wel slechts één, voor administratie en onderzoekingen." Gij hebt
gelijk, mijne Heeren, maar zouden wij dat denkbeeld ook niet bij andere
wapens en diensten in praktijk brengen? Waarvoor een luitenant bij de
Infanterie eene wetenschappelijke opvoeding gegeven? Is het niet vol
doende, ferme, flinke onderofficieren aan te stellen, want wat exerceeren
en de dienst in de kompagnie betreft, zullen deze toch veel beter zijn
dan de officieren Alléén de kapiteins zouden wetenschappelijk gevormde
mannen moeten zijn! Een welk eene bezuiniging voor de schatkist!
Het schijnt, dat de Militaire Apothekers overal vergeten worden! Zoo
spreekt Prof. G. Mulder, die jaren lang chef van het pharmaceuten-studenten-
korps is geweest, in zijne laatste brochure over de Geneeskundige dienst, dat
het wenschelijk is, den officier van Gezondheid reeds na twee jaren dienst
den kapiteinsrang toe te kennende Militaire Apothekers schijnen bij
hem reeds het toppunt van promotie bereikt te hebben; want van hen
spreekt hij in 't geheel niet. Dergelijke beschouwingen zoude men van
ieder ander kunnen verwachten, maar niet van een man, die zoo lang de
belangen van een door hemzelven gevormd korps officieren heeft moeten
behartigen.
Enfin, wij zullen zienEen nieuive Legerkommandant, een nieuive chef!
Wij hopen, dat er eenig licht moge schijnen in de donkere toekomst der
Militaire Apothekers, en dat hun eindelijk recht moge wedervaren
Y.