322 temin zou Indië, wanneer Nederland valt, zich moeten handhaven! Ernst of kortswijl? Evenmin als een Europeesch leger, kan ook het Indische leger of zelfs maar eene troepenmacht van eenige beteekenis, zonder bijzon dere toebereidselen, tot den oorlog oprukken, hoeveel geld en arbeids krachten daaraan gedurende tijden van rust worden ten koste gelegd. Wel moet eene legerinrichting aan de eischen van den oorlog vol doen, maar zelfs bij het zoo menigvuldig handelend optreden van het Indische leger, voreischt elke expeditie steeds eenige bijzondere uitvoering, om uitgerust te kunnen worden, een arbeid, welke, in alle staten, naarmate van de meerdere of mindere doelmatigheid dei- organisatie of legersamenstelling minder of meer tijd vordert. Dit geheel te doen ophouden, zou een onbillijke eisck zijn. Maar instel lingen om het bestaan van het leger te verzekeren, zooals de meeste Europeesche staten die hebben, heeft Indië niet, omdat de kolonie in een anderen, zeer afhanlcelijJcen toestand verkeert en daarin door alle mogelijke drogredenen van staatsbelang wordt gehouden. Daar onder behoort ook de defensie en de daarmede in verband staan de mobilisatie. Wel wordt, dikwerf ook voor Indië, eene goede vredesorganisatie van het leger eene weldaad genoemd, en zou het gewenscht zijn, dat daarvoor mannen van algemeene kennis, gesteund' door de wetgeven de macht, met verstand van zaken, na jaren van veel studie en na denken, de uitvoering gedurende langen tijd in handen hadden, zon der daarin belemmerd te worden door ongemotiveerde inmenging, op autocratische wijze, van eer- en partij zuchtige personen, die tijde lijk met de regeering belast zijn; maar dit is een denkbeeld, het welk niet spoedig zal verwezenlijkt worden, zoolang het ministerie van Koloniën, zonder gemeen overleg met de ministeriën van Oorlog en Marine en met terzijdestelling van de Indische militaire voorstel len en adviezen, de Indische militaire belangen, en in het bijzonder de defensie, blijft behartigen buiten de wetgevende macht. En doet het gebrek aan eigene instellingen tot het zonder moeite samenstellen en aanvullen van expeditiën van eenigen omvang zich steeds in Indië op zulk eene onaangename en grievende wijze gevoelen, hoeveel te meer zal dit niet het geval zijn bij het krijgsvaardig maken,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 325