32 Bij de verdediging is elk geknutsel met successieve opstellingen te verwerpen; het verlamt de energieke verdediging en levert het be wijs, dat de bevelhebber geen positief besluit kan nemen en doorzetten. Een gevecht van het gesloten bataillon komt niet voor. De com pagniën strijden gemeenschappelijk, elkander ondersteunende, doch elk afzonderlijk volgens de bepaalde bestemming. Patrouilles tot het doorzoeken van het terrein worden vooruitgezonden. De berichten der voortroepen, de eigen waarneming en het doel van het gevecht vormen de grondslagenwaarnaar de bataillonscommandant zijne dispositie moet uitdeelen. Deze dispositie wijst de compagnie of com- pagniën aan, die vooreerst het vuurgevecht moeten voeren, en be paalt naar doel en terrein de ruimte, die moet worden ingenomen. Zwermlinie en soutienlinie vormen een geheel: de vuurlinie. Het uitzwermen van eene geheele compagnie is geoorloofd. De beschikking over de compagniëndie niet in de vuurlinie zijn de bataillonsreserve staat uitsluitend aan den bataillonscomman dant. Bij eene zelfstandige opdracht zal het bataillon dikwerf eene veel grootere uitgebreidheid moeten innemen dan zijne frontlengte in linie bedraagt; strijdt het bataillon in verband met andere troepen, dan mag dit niet. Het zal in de eerste tijdperken van het gevecht met ten hoogste 2 compagniën in de vuurlinie optreden en de rest in reserve houden. Slechts in bijzondere omstandighedenbijv. als voorhoede-bataillon zal het dadelijk bij het begin alle compagniën in de vuurlinie mogen brengen. Met betrekking tot de aan te nemen gevechtsvormen tegen Cavalerie is volle vrijheid gelaten. Carré-formatie is uitzondering; een batail- 1 onscarré bestaat niet; de compagniescommandanten regelen de for matie en het vuur. Het Oostenrijksche reglement is volkomen gegrond op de tactiek der compagniescolonnes; het wordt als een der beste voortbrengselen óp het gebied van reglementen geroemd. Het exercitie-reglement voor de Zwitsersehe infanterie dateert van 24 Maart 1876.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 35