359
merking, toen ik liun krijgsdans zag (tjakeleleh), eene parodie op het
schermeneen genoegen, waarmede zij zich als dolzinnigen uren achtereen
bezig kunnen houden, gewapend met een houten parang, niets dan scliijn-
slagen toebrengende, uit vrees hun partner pijn te doen. Sterk en onver
moeid in het beklimmen van bergeneven vlug als apen in het klauteren
in boomen, maar ook even vlug in het kiezen van het hazenpad, wan
neer hij wordt aangevallen; zich lijdelijk onderwerpende aan de uitspraak
van het mawiën (waarzeggen); zijn weinigje moed verliezende, wanneer
hij even vóór den aanval een vogel hoort schreeuweneene slang ontmoet
of iets dergelijks; met even veel graagte zijne woede koelende op een
kind van ééne maand als op een gewapenden tegenstander, wat zeg ik,
neenin het eerste geval schreeuwende van pleizier omdat 't onmachtige
wicht in zijne klauwen vastgeklemd is, in 't tweede geval als de tijger slui
pende, zich desnoods onder bladeren verbergende, om zijne tegenpartij zoo
onverhoeds mogelijk te overvallen, zonder zelf eenig gevaar te doorstaan;
ziedaar eene flauwe schets van den nog lafhartigeren Alfoer van Coram.
In de maand Maart van dit jaar vond de opstand van een gedeelte der
Alfoeren in de Elpapoetih-baai zijn ontstaan in eene nietige kwestie,
welke de oorzaak niet was van den opstand. Iemand schreef in het „Alge
meen dagblad van Nederlandsch-Indië een opstel over dit onderwerp en
zocht de oorzaak even ver, als dat in den regel gedaan wordt wanneer
zij zeer nabij is. Wanneer b. v. artikel 100 van het Crimineel wetboek voor
het krijgsvolk te lande eens ophield kracht van wet te hebben, of wan
neer de militaire rechter hen ongestraft liet, die zich aan de overtreding
van dat artikel schuldig maakten, wat zou daarvan het gevolg zijn? Wel
het zou aan de orde van den dag zijn, dat, bij de minste aanleiding, de
inferieur zich met zijn superieur ging meten. Wanneer die veronder
stelling gegrond is, dan is het ook zeker, dat de Alfoeren naar harte
lust gaan snellen wanneer slecht ééns verzuimd is, den koppensneller te
straffen, 't zij dit geschiedde uit vrees voor moeilijkheden, 't zij om der
llegeering eene rustige rust te verzekeren't zij maar ik dwaal af
en kom op Roemareat en Serihollo, westwaarts van den Tallci en behoo-
rende tot de afdeeling Elpapoetih-baaiwaar ik in de gelegenheid werd ge
steld om don Alfoer in zijn leven als krijgsheld te beoordeelen.
De volgende berichten werden den beleidvollen eu ijverigen controleur
in de afdeeling Elpapoetih-baai in het begin van den opstand medege
deeld 3 vrouwen, 1 man en 1 kind zijn in het bosch overvallen door
eenige Alfoeren; eerst dood geschoten en daarna gesneld; een oogenblik
later eene vrouw met een zuigeling idem; eene krankzinnige vrouw, enz.