405 van de tirailleurlinie opwaardoor het mogelijk wordt, die vleugels te beschermen. Tevens worden geene dubbele doelen aan het vijandelijk vuur gebodenwat gebeuren zouals men een soutien recht achter eene afdeeling der tirailleurlinie liet volgen. Ware de compagnie naar onze inzichten ingedeeld, dan zouden wij de soutiens bij voorkeur in sectiën bijeenhoudendoch hierover later meer. De afstand der soutiens tot de tirailleurlinie wordt in het reglement aanvankelijk op 250 a 300 pas gesteld. De 2e alinea van 38 be paalt, dat de soutienlinie (Lees: de commandanten in de soutienlinie.) de bewegingen der tirailleurs steeds moet (Leesmoeten) kun nen gadeslaanen onmiddellijk daarop volgtdat de afstand tusschen beide liniën 250 a 300 pas bedraagthoe dikwerf zullen deze twee eischen op een Indisch gevechtsterrein gelijktijdig kunnen bevredigd worden? Men heeft die 38 weêr letterlijk uit het üederlandsche voorschrift nageschrevenzonder zelfs de gebreken in de redactie weg te nemen. De vroegere 2e afdeeling der Compaguiesschool be paalde in 61 den afstand der soutiens op 30 a 50 pas. Wij zijn vast overtuigd, dat ieder officier aan het laatste getal do voorkeur zal ge ven, als hij op Indisch terrein tegen een Inlandschen vijand moet strijden. Als dan ook het Nederlandsche voorschrift bij een offensief gevecht den afstand tusschen beide liniën op 250 a 300 pasals Rüstow dien af stand op 400 M.von Scherff op 300 pas en meer; von Yerdy op 400 pas, maar in bedekt terrein op 150 a 200 pasvon Boguslawski op niet minder dan 200 pas; von Wechmar op 150 pas, en Lewal op 100 M. vaststelt, dan hebben allen daarbij een Europeeschen met achterlaadgeweren bewapenden vijand, alsmede een gevechtsveld op het oog, waar de verdediger hoofdzakelijk naar het verkrijgen van de grootst mogelijke vuuruitwerking gezocht heeft. Daarentegen is bij zulk een gevecht nooit sprake van een dolzinnigen vijanddie zich in het terrein schuilt houdttot dat hij plotseling met de blanke wapenen op de tirailleurlinie instormen kanal vindt hij daarbij ook den dood. Deze eigenaardigheid van den Inlandschen vijand heeft bij onze troepen echter meermalen eene paniek veroorzaakt, en slechts eene snelle ondersteuning door een gesloten troep kon hare noodlot tige gevolgen voorkomen. Maar is die gesloten troep op 250 a 300

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 408