415
le dat buiten werking werd gesteld liet beffen.van contribution
op de indemniteiten voor huishuur en fourage
2e dat de te storten hoofdsom, bij het aangaan van huwelijken,
weder werd gebracht op het bedrag, laatstelijk verschuldigd voor
het tienjarig fournissement
3e dat de schaal der pensioenen insgelijks werd teruggebracht tot
die, vastgesteld bij het reglement, gearresteerd in 1817;
4e dat ook ten behoeve van ieder kind, beneden het getal van
viereene jaarlijksche gratificatie van 25 zou worden betaald; en
5° dat wanneer bleek, dat het werkelijk bedrag der schuld aan
's lands kas minder was dan ƒ450,000zou worden in overweging-
genomen in hoeverre termen bestonden om het verschil van het
fonds als eene bate te goed te doen.
Dat een en ander weder eene aanmerkelijke vermindering van
inkomsten en vermeerdering van uitgaven moest ten gevolge hebben
behoeft geen betoog; nogtans ging het fonds van af dit oogenblik
een vroeger ongeleenden voorspoed te gemoet. Reeds aan het einde
van het eerste vijftal jaren van zijn bestaan kon het fonds wijzen
op een voordeelig saldo van ruim 400,000; terwijl de jaarlijksche
aanwas van dat kapitaal steeds toenemende was (Zie bijlage I).
De geschiedenis van het fonds zou dan ook in de eerste jaren
niets dan een toenemenden vooruitgang hebben te vermelden, ware
het niet, dat de uitkeeringen aan het Verhoogd Pensioenfonds eene
afzonderlijke vermelding verdienden.
Naast het AV. en AV. fonds bestond toen eene voor de officieren
en hunne verwanten niet minder nuttige instellingnamelijk
een fonds om de geringe pensioenen met een zeker bedrag te ver-
hoogen, waartoe 5% van het inkomen werd gecontribueerd. Het
ligt niet op onzen weg om in nadere bijzonderheden omtrent dit
fonds te treden, doch wij nemen alleen nota van den omstreeks
dezen tijd zeer nadeeligen stand van dat fonds.
Peinzende over de middelen tot verbetering van den slechten staat
De contributie van de liuisliuur Avas inmiddels in Indië, te rekenen van 1
April 1843, reeds afgeschaft, blijkens Gouv. besl. dd. 2 April 1843, No. 7.
Dit fonds Avas op vrij wat billijker grondslagen gevestigd dan het W. en W.
fonds. Immers alle contribuanten waren deelgereclitigden.