429 aangelegenheid veel overdrijving wordt aangetroffen. Hoe dikwijls toch hoort, ja, leest men in enkele dagbladen, dat 75°/0 der officieren gehuwd zijn; dan weder, dat «We jonge officieren tegenwoordig huwen, enz. enz. Wij willen hier alleen tegenover deze op niets gebaseerde gezegden eenige welsprekende cijfers stellen. Uit bijlage II blijkt, dat van het aantal officieren 50°/o zijn gehuwd; van het aantal jonge officieren (2e luitenants) slechts 18°/0. Slaat men nu de door Wappaus geleverde cijfers na, die zijn gebaseerd op de waarne ming van 121 millioen zielen, verdeeld over 19 staten van Eu ropa, dan ziet men dat van het aantal volwassenen 65,98°/0 zijn gehuwd voor Nederland in het bijzonder 48,930/o maar ook, dat die verhoudingen voor de meer zuidelijk gelegen staten toe nemen b. v. in Frankrijk 62,30; in Spanje 57,68; in Italië 56,10. Wanneer wij nu aannemen, dat dezelfde of soortgelijke oorzaken als die, welke de verhouding in de zuidelijke staten deden toenemen, ook hier liaar- invloed doen gelden, dan zien wij, dat de grens der huwelijksfrequentie nog niet bereikt is voor het Indische leger. Uit bijlage IV blijkt verder, dat het aantal huwelijken in de laatste jaren, meer bepaald na 1870, niet meer zoo toeneemt als in de vorige jaren, zoodat het bereiken van die grens nog geruirnen tijd kan aanhouden. Er zijn van 1862 t/m 1865 gem. 60 huw. per jaar. 1806 1869 75 In 1870 93 Van 1871 t/m 1874 77 1875 1878 78 Verder blijkt uit bijlage V, dat de gemiddelde huwelijksleeftijd voor de officieren is 30 jaren. Keeren wij na deze uitweiding tot het fonds terug. Het on houdbare van den toestand nam meer en meer toeten slotte werd het fonds opgeheven en het saldo schuld door de regeering aangezuiverd. Men zie in dit laatste niets bijzonders en vooral geene gunst. Zoo als wij reeds boven met een enkel woord aanstipten, vonden wij de inmenging der regeering, op de wijze, zooals die plaats had, zeer te onpas. Zij richtte het fonds opmaakte en wijzigde de ver schillende bepalingen omtrent contributiën en uitkeeringengaf voor schriften omtrent het beheer der gelden en onderwierp dat beheer aan 28

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 432