476
zoodat x 5,4 Gram N.
Yerder weet men, dat op de 100 Gram eiwitstoffen zich 15 Gram
N. bevinden, derhalve:
15 N.5,4 N. 100 Ei: x Ei, dus
x 36 Gram eiwit.
Dit is nu het totale verbruik van eiwit in het lichaam. Laat
ons nu nagaan welken arbeid deze 36 Gram kunnen opleveren. -
De verbrandingswarmte van eiwit is 6,73 caloriën, dat wil zeggen:
door de verbranding van 1 Gram eiwit, zou men 6,73 Grammen
water van 0° tot 1° C. kunnen brengen. De hoeveelheid arbeid
nu, hiervoor benoodigd, is 425 kilogrammeter. Wij vinden dus
voor den geheelen arbeid, die er door de verbranding van 36 Gram
eiwit kon geleverd worden:
36 X 6,73 X 425 102800, of globaal genomen:
100000 kilogrammeter arbeid.
De arbeid, dien we hier op het oog hebben, is spierarbeid, doch
onze hoeveelheid eiwit was verbruikt door het geheele lichaam.
Nemen we nu aan, dat de spieren de helft verbruikt hebben, dus
niet te weinig, dan zou daar een arbeid geleverd kunnen zijn van
50000 kilogrammeter. Er is echter nog eene andere oorzaak, die
deze hoeveelheid aanmerkelijk wijzigt, en wel deze. Uit alle proeven
met machines blijkt, dat slechts een zeer klein gedeelte der ver
bruikte warmte als arbeid teruggevonden wordt. In de menschelijke
machine moet dit dus ook geschieden, en Hirtl heeft bevonden, dat
bij den mensch slechts 4 als arbeid terug te vinden is, zoodat we
nu tot het besluit komen, dat er door de verbranding van het eiwit in
de spieren slechts zouden kunnen geleverd worden 10000 kilogram-
meter arbeid. Nu moeten we nagaan welke arbeid er werkelijk
verricht is. Vooreerst het beklimmen van den berg, dus 1952 X 76
148352 kilogrammeter of globaal 150000. En verder?
Vroeger reeds hebben we gezien, dat er in ons lichaam meer
arbeid verricht wordt, bijv. het hart, dat hier dus in 18 uur een
arbeid verricht yan 30000 kilogrammeter ruim. Rekent men nu
globaal weg voor de som van alle andere organen 70000, dan ko
men we tot de conclusiedat er in het geheel verricht is
150000 30000 -f- 70000 250000 kilogrammeter.