489
grens is bereiktd. i. tot dat men eenigermategeheel is niet moge
lijk, geacclimateerd is.
Hoewel in het algemeen er meer militairen door ziekte bezwijken
dan door den krijg, moet toch ook dit laatste in rekening worden
gebracht, [bijlage XI].
Ook op de sterfte der vrouwen en kinderendie aan dezelfde
klimaatsinwerking onderhevig zijn, is bovendien in Indië de vrij. perma
nente oorlogstoestand in zekere mate van invloed, en dit laat zich verkla
ren doordien -niets van meer invloed op het sterftecijfer is dan onguns
tige voorwaarden van stoffelijk en zedelijk bestaanwoning, voeding
alles influenceert. Hier kan het feit geconstateerd worden, dat ge
durende den Atjehoorlog de meeste huisgezinnen van officierentij
dens het verblijf der echtgenooten op het oorlogsterrein, gelogeerd
waren in kleinere en minder goede, ja dikwijls in ongezonde buurten
gelegen woningen dan wanneer de echtgenooten t'huis waren, en
dat, wat de voeding betreft, vele huisgezinnen van luitenants gedu
rende dien tijd armoede hebben geleden.
Die verschillende gegevens nu moet men verkrijgen door het raad
plegen der cijfersdie door de statistiek geleverd worden. He
laas, te vergeefs kloppen wij bij deze in Indië nog zoo weinig ge
waardeerde wetenschap aan, en zoo lang die statistieke gegevens
niet voorhanden zijn, moet men zich door eigen onderzoek op de
hoogte stellen. De verzamelde gegevens behooren bovendien nog
aan eene voorwaarde te voldoenzij moeten namelijk over een vol
doend aantal personen loopen. Er is eene wetdie men de wet der
groote getallen noemt, en die dan ook maar alleen doorgaat voor die
getallen. Het is dus noodig, dat er een getal is, zooveel mogelijk
overeenkomende met dat, waaruit de wet werd ontdekt, om deze
Eene goed ingerichte statistiek is voor elk bestuur van groot belang te achten.'
Nu er in Indië op dit gebied nog zoo -weinig bestaat, is het te bejammeren, dat er
bij het Departement van Oorlog niet een statistiek bureau is. In koloniën als de
onze, waar het leger zulk een groot deel van de Europeesclie maatschappij uitmaakt,
zouden de omtrent de krijgsmacht verzamelde gegevens van algemeenc waarde zijn
Bijzondere inrichtingen behoeven er bij het leger niet voor in het leven geroepen te
wordendoch het in tabellen verzamelen van de opgavendie men reeds heeftzou
reeds eene groote aanwinst zijn.