500
vrouwen van officieren samen te stellen sterftetafel slechts eene reductie
in dien geest behoeven te ondergaan, namelijk door de betrokken
weduwen in rekening te brengen als overleden op het tijdstip, dat
het jongste kind den ouderdom van jaar heeft bereikt, hetwelk
natuurlijk eene verhooging dor netto-premie ten gevolge heeft. Neemt
men echter in aanmerking, dat, zoo als uit bijlage VII bleek, we
duwen gemiddeld eerst 18 jaren na hare echtgenooten overlijden, en
bovendien 4b J geeue kinderen hebben, dan kan die verhooging?
niet groot zijn.
9e. Ieder uittredend lid heeft reclif op een gedeelte zijner reserve.
Een ieder heeft het recht, ten allen tijde uit de vereeniging te gaan,
zijnde zulks niets anders dan het met wederzij dscli goedvinden ver
breken van een contract. De premie der levensverzekering is eene
gemiddelde premie en grooter dan die, welke noodig zou zijn om de
risico, over één jaar of over de eerste jaren afzonderlijk genomente
dekkenhet meerdere nu stelt de reserve daar. De reserve kan dus
voor ieder deelgenoot afzonderlijk berekend worden. Ieder uittredend
lid nu heeft in theorie recht op de op dat oogenblik voor zijne
verrekening in kas zijnde reserve. In de praktijk is dat echter niet
geheel juist, en hebben verschillende zaken invloed op het bepalen
der grootte van het deel der reservedat slechts uitgekeerd kan
worden; b. v. het uittreden van gezonden, en niet van de ziekelij-
ken of zwakken, geeft dadelijk een ongunstigen invloed op de sterf
tekansen der overblijvenden. Met inachtneming van die invloeden
moet het gedeelte vastgesteld wordenhetzij op J- of f. Bovendien
behoort de reserve voor elke categorie van verzekering afzonderlijk
berekend te worden en afgescheiden te blijven.
10°. Eervol ontslagen officieren hunnen lid blijven. Hoewel het
een fonds voor officieren behoort te zijn, wenschten wij ook voor eervol
ontslagenen de gelegenheid opeii te laten om lid te blijven. Aange-
gezien het innen hunner contributiën niet meer door de zorg der
legeradministratie kan geschiedenen het fonds er ook geene agent
schappen op na zou kunnen houden, zal op hen de verplichting
belmoren te rusten, zorg te dragen, dat hunne contributiën tijdig te
Batavia bij de directie worden voldaan. Niet eervol ontslagen offi
cieren kunnen geen lid blijven van het fonds. Zij hebben bij hun
O O