DE VERDEDIGING VAN DEN LUITENANT- KOLONEL ROMSWINCKEL. Vragen aan IJ. Garrulus.) Is een rekest aan den legerkommandant wel de ware weg voor een Officier, die zich ter purge voor het Hoog Militair Gerechtshof wenscht te stellen? (f) Dient hot verzoek niet gericht te worden aan dat collegie zelf? Kan het geval zich niet voordoendat het oordeelwaarvan men zich wenscht te zuiveren, zijn oorsprong heeft bij het legerbestuur, en zou dit, de macht bezittende om het ter purge stellen te weigeren, geen rechter in zijne eigene zaak worden? Zijn de bepalingen op hot publieeorcn van stukken zóó strengdat men tot eigen verdediging geen gebruik mag maken van eene patrouilleer order, dus van een stuk, dat aan velen bekend moet zijn 011 geen staats geheim bevatdan wel van bescheiden, die men persoonlijk en grootendcels tot eigen verantwoording aanbood? Zou het gedaan verzoek, overge bracht bij den Gouverneur-Generaalden Minister van KoloniënZ. M. den Koning, ja zelfs bij de Vertegenwoordigers des volks, geen guns tiger gehoor vindon Is het ongerijmd te zeggen, dat iemand wordt uitgezonden om eene patrouille te ondersteunen en te degageeren, en daarbij te voegen, dat de zich zelf gedegageerd hebbende patrouille, bij haren terugkeer in den kraton dadelijk weder ter ondersteuning van het oorspronkelijk on- dersteuningsdetachement werd uitgezonden? Is hot niet zeer verklaar baar, dat de persoon, die, op het hooren van geweervuur, het noodig achtteden in gevocht zijndeu troop ondersteuning te zenden, later, toen Zie „Bataviaseh Handelsblad" van 22 October 1879. (f) Zie art. 47, Prov. Instructie voor liet Hoog- Militair Gerechtshof, in verband tot de verhandeling over de Iudicieele practijcq of form van procedeeren voor de Hoven van Justitie in Holland gebruikelijk, door Mr. Johannes van der Linden, Leijden MDCCXCVIII, 2e deel, IVe bock, Ye hoofdstuk, 5, 16, 17 en 18.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 536