64
was, waardoor er minder lust tot dienstneming bij liet Indische leger
werd betoond dan bij vroegere gelegenheden; hoogst waarschijnlijk zou
er veel meer geestdrift heerschen, wanneer bijv. een opstand op Java
uitbrak en een beroep op het volk gedaan werd. Wil de werving bij
zonder gunstig slagen, dan moet er een krachtige prikkel bestaan of een
buitengewone maatregel worden aangewend om de vrijwilligers te doen
toestroomen.
Waarom zou men nu niet even goed 2000 en zelfs meer Nederlandsclie
soldaten kunnen krijgen, om deel uit te maken van een flink korps, als
in 1873, toen er zich 3000 aanboden om individueel naar Indië te worden
gezonden Indien er bij zulk een korps, dat in den regel in het moe
derland en slechts bij uitzondering of voor korten tijd in Indië verblijft,
op aangename en voordeelige wijze wordt gediend, dan zal het een groot
aantal vrijwilligers tot zich trekken, zoowel uit het leger als uit de bur
germaatschappij. Het Nederlandsclie leger telt wel is waar niet veel
vrijwilligers meer, vooral bij de infanterie, maar toch nog genoeg om er
de kern van een korps mede samen te stellen; ik zie daarin geen kwaad,
en zou het, onder zekere voorwaardenzelfs als eene belangrijke verbete
ring in ons krijgswezen beschouwen.
Het kost weinig moeite om het 2000 man sterke korps Mariniers,
dat zeer populair is en bijna geheel uit vrijwilligers bestaat, compleet te
houden. Er bestaat dus alle grond om aan te nemen, dat eene brigade
Nederlandsclie vrijwilligers, die geheel van de Marine is afgescheiden en
waarbij de dienst uit den aard der zaak veel aangenamer kan zijn, eene
even groote mate van levensvatbaarheid en populariteit zal bezitten als
de Mariniers, mits zij de dubbele bestemming heeft om en- in het moederland
en in de koloniën dienst te verrichten.
Ik ben het geheel met u eens, dat men niet de massa moet dwingen om
naar Indië te gaan, maar dat men het aan de vrije keuze van ieder in
dividu moet overlaten om daar oorlogsondervinding op te doen of naar
roem te streven. Niemand denkt er dan ook meer aan om art. 178 der
Grondwet naar den letter op te vatten en de vrijwilligers van ons leger
tegen hun zin naar Indië te zenden, al zou de regeering daar strikt ge
nomen het recht toe hebbenmen zou zulk een maatregel slechts ééns
behoeven toe te passen om voor het vervolg de vrijwillige dienstneming
bij het leger geheel te doen ophouden. Er is echter niets tegen om de
personen, die daartoe genegen zijn, tot een korps te vere'enigen, ten einde
in buitengewone gevallen van hunne diensten in Indië partij te kunnen
trekken.