87 aan 't letterschrift willen wijden. Opschroeverij en humbug bjj exa mens is zoo gevaarlijk. Hoe licht gaat men zich in latere jaren, half te goeder trouw, verbeelden iets van de zaak te weten, als men in 't „vak" examen heeft „gedaan". Hoe geleidelijk volgt onder een bittertje de verklaring, dat men in der tijd in zijn Maleisch en in „zijn" Javaansch een snaaksch bolleboosje is geweest. Hopen en bidden wij, dat er spoedig een gewijzigd examenpro gramma moge verschijnen, waarin nuchter voorko'mt: „Kennis van de beginselen der Maleische taal. In de eerste plaats zal van den aspirant worden gevorderd een juist begrip van de woordafleiding- volgens grammaticale regelen tot het maken van nieuwe hoofdwoor den en 't uitdrukken van vormen, die in 't Maleisch de plaats vervullen, van Westersche vervoeging of verbuiging." In het reglement van orde voor de examencommissiën, behoo- rende bij de reeds genoemde algemeene order, leest men niet zonder verbazing onder artikel 6: „Voor'de verschillende exami na worden als afzonderlijke vakken beschouwd „1° het schrijven en de Nederlandsche taal, benevens de kennis van het Maleische en Javaansche letterschrift; 2° de praktische uitvoering der exercitiereglementen en het spre ken der Maleische taal." Dus zijn eerst vier en later twee vakken vereenigd op eene ma nier, die aan de heilige drieëenheid doet denken! De examencom missie zou uit godgeleerden moeten bestaan om daar iets van te ma ken. Misschien ligt 't ook gedeeltelijk aan 't hooge Hollandsch dei- redactie, maar 't mocht me tot heden niet gelukken, uit den tekst op te maken, hoe in verband met de combinatie van de meest he terogene vakken tot één het cijfersysteem redelijk rechtvaardig kan werken. Na de lezing van den lijvigen bundel bepalingen, op de examens betrekking hebbende, is na eenige sprongen en zijsprongen eene mijner gedachten of misschien de kwijnende Generale staf onder zijn nieuwen chef die niet gebonden is door de fouten bij en sedert de oprichting begaan nog eens tot het bewustzijn zou kunnen ontwa ken, dat kennis van taal, land en volk in Indië, meer dan elders, een

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 90