WIDÏÏWII II WlIIIIfOVDS. HET INDISCH MILITAIR Vervolg en slot, zie aflevering No 10.) Zooals wij reeds aanteekenden, zullen de uitgaven van liet fonds nog eenigcn tijd jaarlijks blijven toenemen; doet men bovendien voorstellen, die uitkeeringen, op welke wijze dan ook, nog te ver meerderen, dan zal ook het evenwicht tussehen uitgaven en ont vangsten telkens verbroken wordenen eene verhooging van contri butie het gevolg zijn. Het ligt dus voor de hand, dat wij ons mot de in den laatsten tijd gedane voorstellen niet kunnen vereenigen. Niet, dat enkele daarvan niet gewenscht zouden zijn, het ad 5 genoemde zou zelfs eene groote onbillijkheid wegnemen, maar liet zijn willekeurige maatregelen. Het ad 7 voorgestelde heeft daarente gen de strekking, de onbillijkheid tegenover ongehuwden en gehuw den zonder kinderen nog te vergrootenen waar is de grens Zou èr na inwilliging van al die voorstellen een geldend motief aange voerd kunnen worden tegen het volgende voorstel b. v.: „Aan gehuwde officieren zal bij de geboorte van ieder kind, ter bestrijding van de daaraan onvermijdelijk verbonden kosten, 150 worden uitbetaald?" Toch vloeit dit premiestelsel op het krijgen van kinderen daaruit voort. Yoor den aandachtigen lezer, die ons tot hiertoe heeft gevolgd, zal het nu voldoende duidelijk zijn, dat het fonds beschouwd moet worden als eene willekeurige en verouderde instelling, die schrome lijk bij de wetenschap ten achteren is. Ware de wetenschap der levensverzekering nog onbekend of in

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1879 | | pagina 489