- 144 gevonden worden, bijna geheel met gras of korte alang-alang bedekt zijn. De Merbaboe 3116 M.] en de Merapi [-f 2807 M.] begren zen den dalgrond van Kadoe aan de oostzijde, en scheiden hem van de vlakte van Soerakartadie zich aan de oostzijde van deze bergen uitstrekt. Uit het voorgaande blijkt, dat de residentie Kadoe, behalve in het zuidoosten, geheel door bergen omgeven is. De dalgrond van Kadoe heeft dan ook gelijke richting als de grensgebergten, zoodat de hoogstgelegen noordwestelijke helft Lempoejang van het noordwesten naar het zuidoosten, de zuidelijke, laagste en grootste helft van het noorden naar het zuiden loopt. De eerstgenoemde helft daalt van Adiredjo tot aan Temanggoeng van 864 tot 601, de laatstge noemde van Medono tot aan den tempel van Mendoet van 624 tot 245 M. Het middengedeelte van de zuidelijke helft der residentie is een vlakke terreinrug, die in het midden aan de noordzijde van Magelang 2000 M. breed is, en van het Djamboegebergte naar het zuiden daalt. Ten noorden van Magelang is deze rug bijna geheel met sawahs be dekt, terwijl ten zuiden van deze plaats, waar het water niet op de velden kan gebracht worden, hoofdzakelijk tegalgronden voorkomen. Deze terreinrug wordt aan beide zijden door eene kloof begrensd, en wel aan de oostzijde door die van de Kali Ello, en aan de westzijde door die van de Kali Progo. Beide kloven, waarvan de wanden vrij steil, en voor een groot deel met smalle sawahterrassen bedekt zijn, vereenigen zich aan de zuidzijde der residentie. Zij scheiden den hierboven beschreven terreinrug van de voeten der vulkanen Merbaboe en Merapi ten oosten, en Soembing ten westen. "V\ estwaarts van de Progo stijgt dan ook het met sawahs bedekte terrein langzaam omhoog naar den Soembing en het zuidwaarts daarvan gelegen neptunisch gebergte, terwijl oostwaarts het terrein zich op dezelfde wijze naar de zijde van den Merbaboe en van den Merapi verheft. De Merbaboe en Merapi vormen de grensscheiding tusschen den dalgrond van Kadoe en de vlakte van Soerakarta. Deze vlakte wordt verder begrensd ten noorden door de lage bergreeks [van 100 tot 200 M.], die op de grenzen van de residentiën Soera karta en Samarang loopt, ten zuiden door den Goenoeng Kidoel [van 200 tot -(- 500 M.] en ten oosten door den 3245 M. hoogen Lawoe en zijne uitloopers. Zij staat door de vlakte bij Brambanan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 152