- 318 ping moet zich toch niet beperken tot die van militaire specialiteit voor het Nederlandsche leger, waarvan hijhij de laatste beraadslagingen over de begrooting van hot Ministerie van Oorlog, wederom zoo duidelijk getoond heeft, een sieraad te zijn, die niet alleen in het leger, maar ook in hot parlement volkomen op zijne plaats is. Voor iemand van zijne talenten zal het niet veel moeite kostenzich spoedig op de hoogte te stellen van de meest dringende Indische legerbelangen en dan even als een De Boo van Alderwerelt zoo moedig deed te velde te trekken tegen slaphartigheid en zoo veel stelsel- en beginselloosheid. Gegevens voor do gevorderde kennis van zaken zullen hem altijd en welwillend ver strekt worden door een staf van zoo vele bekwame officieren en oud officieren van het Indische leger, in Nederland verblijf houdende. En anders hebbe hij zich slechts te wenden tot zijne vrienden en vereerders in Indiëdie hem duidelijk zullen maken, hoe Weinig moeite het kost, van het Indische leger altijd zoo veel te weten als de civiele Minis ter van Indische landsverdediging en diens civiele militaire specialiteiten. Mot die wetenschap gewapend, zal zij voor hem een harnas zijnbestand togen de militaire kennis van dien minister, en, als deze zich er toe leenen mocht, drogredenen voor argumenten te geven, hem de kracht verschaf fen, ze met het gezag van don deskundige te analijseeren. Die analijso zal de moeite van het werk loonenwant ze zal hem de dankbaarheid doen verwerven van een geheel officierskorps, dat, krachtens zijne ge loofsbrieven, zijn handelen en werken, gekend wil worden en niet langer jn eene kunstmatige afzondering wenscht te leven. Op die wijze verwierf do Generaal Van Muiken weleer, als afgevaardigde van Haarlemde erken telijkheid van de Militaire Geneeskundige dienst in Nederland. Yoor een onderdeel der Geneeskundige dienst bij het Indische leger een altijd stiefmoederlijk behandeld onderdeelde militaire apothekers sprak do afgevaardigde Idzerda een goed woord: „Ik wensch de aandacht der Regeering te vestigen op hot feit, dat de jongeliedendie onder toezicht van den hoogleeraar Wefers Bettinlc te Utrecht opgeleid worden voor militair apotheker in Indiënog altijd naar Indië gezonden worden zonder wettelijke bevoegdheid „Hot gevolg daarvan isdat de militaire apothekersdie in Indië bevoegd zijn, artsenijbereidkunst uit te oefenen, daartoe in Nederland niet bevoegd zijn." „Hot belang van den Staat en van de personen zeiven brengt mede, dat aan dien abnormalen toestand een einde kome, en dat even als in Nederlandvoortaan ook in Indië alleen zij tot militaire apothekers

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 326