389 Toen deze formatie was aangenomen, ontving ik order, voorwaarts te gaan, nam dezelfde richting aan, maar, p. m. 150 passen voort- gerukt, werd het vuur uit Sibreli zóó hevig, dat ik „links in bataille" kommandeerde en het vuur (salvo's met pelotons) opende. Plotseling begon de vijand ook, uit eene zuidelijk gelegen versterkingmij zóó hevig te beschietendat ik het rechter peloton achterwaarts links liet richten en zoodoende eene liaaksche stelling verkreeg. Na 2 a B salvo's ging het rechter peloton voorwaartsdan weder het linker rechts aan. De sprongen waren klein, hoogstens 50 a 60 passen, geheel afhankelijk van de galangan's. Mijne Boegineezen begonnen warm te worden, want er kwamen al enkele gewonden, 6 in getal. De kolonnekommandant deed toen het signaal „halt" blazen en zond mij door een adjudant bericht, dat hij eene frontverandering zou maken met echelonsden rechter vleugel voorwaartsen ik met mijne kompagnie die beweging moest dekken, en vooral de beweging van de Artillerie in aanmerking moest nemen. Ik ver plaatste toen mijne kompagnie niet meer met pelotons, maar met sectiën. De rechter sectie eenige passen voorwaarts en rechts aan. Ik gaf daarna salvovuur. Vervolgens verplaatste ik de 2°, de 3° en de 4e sectie. Om de beweging geheel in de hand te houden, wees ik iederen sectiekommandant persoonlijk telkens de plaats aan, waar hij zich moest opstellen en hoeveel salvo's hij mocht geven. Het vuur van den vijand nam geleidelijk toe; men kon duidelijk bemerken, dat het hem wel wat vroeg naar zijn zin begonnen was; maar hij was nu wakker geworden Vooral in twee zuid waarts gelegene bentings trok hij samen; overigens kwam er uit den geheelen kampongrand vuur. De frontverandering werd kalm uitgevoerd, en juist ging ik met mijne kompagnie achter de Artillerie langs, toen het eerste vuur geopend werd op 700 passen, als ik mij goed herinner. Mij werd toen eene plaats aangewezen als voorste echelon, waar ik de kom pagnie weder de liaaksche stelling deed innemen. Het artillerievuur was nu hoofdzaak; uit de 4 stukken werd nu de kampong en de op 800 passen gelegen versterkingen beschoten. Ik deed nu alleen enkele divisievuren geven op 800 en 900 passen, Do Atjeher slaapt gaarne lang; dit is vrij algemeen bekend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 397