SI
Von Gacjern bracht in 1846 een rapport uit van zijne bevinding
na 's Generaals dood in 1848 zijn zijne voorstellen nader uitgewerkt
en toegelicht door den lateren Generaal Le Clercqdie hem als adju
dant vergezeld had en dus geheel met zijne bedoelingen bekend was.
Deze stukken het rapport van Von Gagern (dat, naar wij gelooven,
weinig bekend is) en de memorie van Le Clercq zijn de grond
slagen geworden van het verdedigingsstelsel, dat in 1853 door den
Koning werd vastgesteld en tot dus verre nog niet door een ander
is vervangen, ofschoon er langzamerhand geheel van is afgeweken.
Het oordeel van Von Gagern over het verdedigingsstelsel van Van
der Wijck was in vele opzichten verre van gunstigwel beaamde hij
het in zijne hoofdbeginselenmaar hij had velerlei bezwaren tegen de
uitvoering. Von Gagern wilde de verdediging van Java vooral doen
steunen op de mobiele legermacht, en daarom achtte hij al de ver
sterkingen doelloos, die geen overwegenden invloed op de krijgs-
operatiën zouden kunnen uitoefenen. Met het oog hierop werd het
nut betwist van de versterkte depötplaatsen en moest van den verde
ren bouw worden afgezien; Ngaividat nu toch bestondmaar overi
gens weinig waarde had, en het te Gombong gebouwde steenen reduit (aan
de omwalling was nog niet begonnen) konden behouden blijven.
De Toentangliniemet de daarachter gebouwde vesting Willem 7,
werd door Von Gagern beschouwd als een zeer belangrijk strategisch
punt; deze stelling moest alzoo voltooid worden, doch dit zou met
veel minden permanente versterkingen kunnen geschieden dan door
Van der Wijck noodig waren geacht.
De verdediging van Samarang zou op de door Van der Wijck voor
gestelde wijze kunnen geschieden, ofschoon de daar gebouwde citadel
verschillende gebreken hadde stranddefensie moest worden verbeterd.
Het schijnt, dat de groote omtrek der plaats en de hooge kosten
van vestingbouw en onteigeningen Von Gagern hebben weerhouden
van een voorstel, om Samarang eene geheel zelfstandige verdediging
te geven.
De wijze van versterking van Batavia bleef volgens Von Gagern
in de eerste plaats afhankelijk van de kwestie der verplaatsing van
don bestuurszetel, waaromtrent Von Gagern afweek van de mee
ning der vroegere adviseurs. Ten volle erkende hij, dat het een