899
spiegeltje steecis een weinig wordt veranderd, naarmate de zon zijii
schijnbaren loop vervolgt. Intusschen worden hiermede ook signalen
gewisseld tusschen den waarnemer en de Inlandsche mandoers, die op
de moeilijk beklimbare bergtoppen den heliotroop besturen, en wordt
hun tevens op die wijze volgens afgesproken lichtteekens kenbaar ge
maakt of zij b. v. hunne standplaats verlaten kunnen, of het door hen
geworpen licht onduidelijk is, als anderszins.
De toepassing van den zonnespiegel tot het overbrengen van berichten
is dus in deze gewesten niet nieuw, en waarschijnlijk zoude zij gedurende
de expedition tegen Atjeh door het personeel der militaire verkenningen
zijn toegepast, indien niet de aard van het terrein zulks in de meeste
gevallen verhinderd had. De uitgestrekte, weinig begroeide heuvel- en
berglanden van Zuid-Afrika, alwaar kolonnes van 5 Engelsche regi
menten in open carré kunnen marcheeren, geven gelegenheid te over,
geschikte punten te bezetten tot het oprichten van signaalstationsmaar
het geheel vlakke terrein der met kampongs en bosch bedekte vallei
van Atjeh maakte de toepassing van den heliotroop tot sein-instrument
bijna onmogelijk.
Ook nadat de berghellingen in onze macht waren, zoude het oprichten
van een vast sein-station in de bergen en in het hoofdkwartier, ten
einde berichten van de ageerende kolonnes over te brengeir, slechts zeer
zelden aan het doel beantwoord en een hoogst bruikbaar personeel tot
bijna geheele werkeloosheid gedoemd hebben. Dit was te minder nood
zakelijk, nu de afstanden tusschen de ageerende kolonnes en het hoofd
kwartier zelden zoo groot waren, dat het overbrengen van berichten
door Infanterie- of Cavalerie-patrouilles te g-roote bezwaren in had of te
veel tijd vorderde.
Zelfs gedurende onze actie tegen den Atjehschen vijand in 1878 en 79
zoude men slechts in enkele gevallen daarvan met succes hebben kun
nen gebruik maken. Zoo had men na de inbezitnemimg van Indra-
poeri van eene der nabij gelegen hoogten naar den grooten heuvel bij
Biloel-Zuid kunnen seinen en zoodoende gevaarlijke Cavalerie-patrouilles
kunnen vermijden. Ook bij den tocht naar Selimoen had de kolonne
Gerlach op den morgen, dat zij den 1700 voet lioogen bergrug afdaalde,
welke de vallei van Lamtoha van die van Selimoen scheidt, in communi
catie kunnen treden met de kolonne Lubeckwelke als een bijna onzicht
baar streepje in de vlakte werd waargenomen. Sedert onzen strijd tegen dc
XXII en XXYI moekims werd echter in Atjeh een signaal-systeem toegepast,
hetwelk in het vlakke en begroeide terrein gunstige uitkomstén opleverde,