32 -» groot voordeel zou zijn, indien de zetel der Regeering in liet mid den van Java was gevestigd, doch zijns inziens waren er groote be zwaren tegen de verplaatsing, nu de Regeering eens te Bataiia was. "Wel is waar toch moest het Gouvernement aan de eerste aanvallen eens vijands onttrokken zijn, maar in tijd van vrede moest de Re geering zich bevinden op de plaats, waar zich de grootste' belangen vereenigden en waar het rechtstreeks toezicht kon houden op het aanzienlijkste gedeelte der maatschappijin midden-Java zou het behalve van officieren en ambtenaren, van de geheele Earopeesclie bevolking verwijderd zijn. De belangen der ingezetenen van Batavia zouden door de verplaatsing der Regeering gevoelig worden benadeeld. Die verplaatsing zou zeef veel geld kosten. Wilde men haar echter, dan werd de vlakte van Brambanan (tusschen Solo en DjoJcdja) in ieder geval ongeschikt geacht voor de nieuwe hoofdplaats, omdat men daar zich zou bevinden in eene niet geheel aan ons onderwor pen landstreek, en dit zou niet passend zijn voor ons en wellicht ongerustheid verwekken bij de Inlandsche hoven. Gedong Kebo in Bagelen scheen dan beter punt, vooral in verband met de nabijheid van Tjilatjap, waardoor de gemeenschap met Europa wellicht zal kunnen worden onderhouden. De Generaal Von Gag er n was bij slot van rekening van oordeel, dat Batavia in zoover versterkt moest wordendat de Regeering te gen de eerste aanvallen beveiligd was; landde de vijand in mid den-Java, dan zou zij te Buitenzorg kunnen blijven; richtte hij zich tegen Bataviadan zou de Regeering tijd hebben om zich naar Ge- dong Kebo te verplaatsen. Zij zal daar veilig zijn zoolang de Toen- tang-linie niet gevallen isheeft de vijand deze stelling veroverd, dan moet het bestuur naar omstandigheden naar Soerabaja of Batavia teruggaan. De bestuurszetel in midden-Java behoefde z. i. niet ver sterkt te zijn; men zou, tegen kleine aanvallen, voldoende gedekt zijn door gebruik te maken van de bestaande versterking (steenen blokhuis) te Poenvoredjo. Men ziet, dat de argumenten van Von Gagern tegen de definitieve verplaatsing der Regeering niet zeer steekhoudend zijn. Dat die ver plaatsing voor de verdediging noodig is, weerspreekt hij niet; zijn beginsel van tijdelijke verplaatsing in oorlogstijd brengt onvermijdelijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 40