456 gewoonlijk, in die vermindering van zijn tactisch gezag, vergoeding te vinden door het administratief gezag zijner compagnie in al zijn omvang voor zich alleen te houden, waardoor men nu nog altijd slechts van zeer enkele korpsen kan zeggen, dat zij zelfs nu er depótbataljons zijn gekomen, die de taak van den compagnies- en den corpscommandant bij de veldbataljons verlicht hebben goed geoefend worden. De majoor bemoeit zich met alles; de kapitein is, met den sergeant-majoor en den fourier, administrateur en, met den sergeant-majoor en de sergeanten zijner compagnie, politieman de onderofficieren moeten alles doen, zelfs -korporaalswerkde korporaals doen geen ander werk dan dat van boodschappenlooper en duivels toejager, en eindelijk de luitenants zijn eenvoudige troepengeleiders, zonder verantwoordelijkheid. Slechter kan het niet. TV il men dus door de gecombineerde troepenoefeningen individua liteit en initiatief aankweeken bij de aanvoerders", men beginne dit gemakkelijk te maken door die eigenschappen reeds in de kazerne bij het korpsin de voorschriften en bij de dagelijksche oefeningen aan te bevelen en in practijk te brengen. liet toezicht zal daardoor hetzelfde kunnen blijven voor alle rangen en graden; slechts zal men dan niet langer bemoeizucht en., somsvitzucht hiermede verwarren. TV il men dien weg niet op (de personeele en materieele middelen om daarop te komen, zijn meer dan voldoende bekend) dan zal alles bij gioote woorden blijven, en dan zullen ook de gecombineerde troepen- oefeningen blijven wat ze tot dusver geweest zijn. Do omschrijving laten we gerustelijk achterwege. III. •Er is echter nog een ander middel noodig om vruchten te plukken van de gecombineerde troepenoefeningen. Om die oefeningen te kun nen leiden, om daarbij geen vreemd figuur te maken, is eene meer dan gewone kennis der tactiek noodig. Sedert 1866 heeft zij groote omwentelingen ondergaan. "YVat echter tegenwoordig daarvan ge vorderd wordt voor een Indisch officier, is ons en velen met ons onbekend. Het minder aangename daarvan hebben sommige officie ren der Infanterie ondervonden bij hunne beproeving voor den majoors-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 464