481
avalt en lui cette rondeur de caractèrecette bonhomie soldatesque qui
plaisent an soldat, et y donnaifc un libre cours dans les rares moments de
répit qu'il nous laissait"-
In hoeverre men hier niet te denken heeft aan eene (overigens zeer
vergeeflijke) overdreven bewondering van den oud-luitenant, die zijne
epauletten aan het initiatief van dien Generaal te danken heeft, moge
uit de beschrijving blijken, die Jlageman ons in 1856 in zijn „Geschiedenis
van den oorlog op Java''' van den persoon van Van Geen heeft gegeven:
„Het viel niet in het karakter van dien Generaal, de troepen in geslo-
tene plaatsen te doen verblijven, schoon de Generaal De Koek hiervan
een ijverig voorstander was. Van Geen was een beminnaar van togten
in alle rigtingen, vooral met ruiterijen gelijk wij reeds vroeger opmerkten,
een echte Spanjaard tegenover de opstandelingen; want alles ter neder te
sabelen en de dorpen te verbrandenwas zijn stelsel. En inderdaad
hebben sommige personen, destijds aan de zijde der opstandelingen, mij
verzekerddat zij gaarne met Van Geen te doen haddenomdat hij af
doende handelde, en korte wetten maakte." [Op eene andere plaats:]
Van Geeneen beminnaar van het zoogenaamd zuiveren van dorpen door
middel van vuur, deed alle dessa's. die zuivering ondergaan."
Ook hetgeen Lahure van den Luitenant-Kolonel der Artillerie Geij
zog't, is door andere geschriften van tijdgenooten te staven niets
overdreven. De voor deze boekbeschouwing toegestane ruimte belet ons>
in uitwijdingen te treden. Wat die hoofdofficier bij Quatre-brasin
l'alenibangop Celebes en elders vóór den vijand deed, waren heldenfeiten
die voor de geschiedenis bewaard zullen blijven. Yan daar de juiste
beschrijving van Lahure
„Le colonel Geij était l'une des figures les plus énergiques de l'armée
des Pays-Bason racontait aux Indes qu'a son depart de
Ilollande, le prince d'Orange lui avait dit: Je consens a votre passage
dans l'armée des Indes, mais souvenez-vous toujours la-bas qu'au premier
coup de canon qu'on tirerait en Europe, je vous ferais rappeler immédia-
tement". In den tiendaagsehen veldtocht van 1831 was de Kolonel Geij
met den Kolonel Cleerensonder de bevelen van den Luitenant-Generaal
Van Geen. Treffende hereeniging van drie bekenden uit de Indische
krijgsgeschiedenis, in den slag bij Leuven
liet zijn deze en meerdere aanteekeningen in het boek van Lahure,
welke daaraan een eigenaardig cachet geven.
Maar vooral is dit bet geval en daarom is het ons hoofdzakelijk te
doen waar hij zijne beschouwingen ten beste geeft over het gebruik der
31