500 gen vallen den vijand aan en moeten trachten, wederstand te 'bieden. De derde keten versterkt den tweeden, helpt het gordijn van den vijand open scheuren of verlengt den wederstand van den tweeden. Alle te nemen beschikkingen van bijkomenden aard, d. z. die, betrekking heb bende op de afstanden, waarop de verschillende liniën, ketens of eche lons zich vóór de colonnes moeten bewegen, de ruimte zijdelings tus- schen de onderdeelen van elke linie en de middelen van verstandhou ding tusschen de liniën en den aanvoerder der beschermd wordende troepen, kunnen als detailmaatregelen worden beschouwd, die naar de omstandigheden veranderen. De commandant van de Cavalerie is de persoon, die ze met orde, vaardigheid, scherpzinnigheid en overleg moet bepalen. Zij, die zich nu verbeelden, dat de tot in de kleinste bijzonderheden afdalende voorzorgsmaatregelenten behoeve van de veiligheid der troe pen, voor alle soorten van oorlogen dezelfde kunnen zijn, vergissen zich zeer. De volstrekte noodzakelijkheid om aanhoudend een oog in 't zeil te houden, is overal en altijd standvastig, maar de wijze, hoe men dat doet, verandert naar het karakter van den vijand, dien men tegenover zich heeft. Yan daar dat het Uhlanen-stelsel der Duitschers in den oorlog van 1870 1871 niet onvoorwaardelijk in Indië, en tegenover een Inlanclschen vijand toegepast kan worden, zoo als reeds hierboven is gezegd. Wanneer men zich de moeite geeft, nauwlettend gade te slaan wat in eiken oorlog gebeurt, is het gemakkelijk in te zien, dat de overwinning bijna altijd te danken is aan eenig nieuw of verjongd systeem, dat eene der strijdende partijen in toepassing heeft weten te brengen, waardoor zij haren vijand verrast, verbaasd, gedemoraliseerd en vernietigd heeft. Is de oorlog go.ëindigd, dan ontstaat er in alle legers eene ware blinde vereering van het nieuwe systeem, en gaat men zich dikwijls op eene overdreven wijze in de toepassing van deze strategische of tactische uit vinding, waarmede de krijgskunde zich verrijkt heeft, verdiepen. De theorie behaalt dan de overwinning op de ervaring, en de denkbeelden beginnen vervolgens gedurende den vrede op eene onmerkbare wijze zoodanig en zoo zuiver het ware spoor bijster te worden, dat wanneer de oorlog op nieuw uitbreekt, niet zij de overwinning zullen behalen, die zich aan het vroeger voor goed gegolden hebbende, maar tegen wil en dank verouderde systeem vastgeklampt, doch zij daarentegen, die, van betere begrippen doordrongen, iets nieuwer uitgevonden hebben. Zoo zullen ook in de toekomst, zegt de Generaal Laliurehetgeen gemakke-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 508