597 volkomen overbodig. Eveneens is door het signaal Avanceeren" onmogelijk aan te duiden of dit volgens liet le of 2e geval (schoone uitvinding van den Indischen samensteller!) moet geschieden, als mede of die sprongen met groepen, sectiën, pelotons of compagnieën te gelijk, van den rechter- of linkervleugel beginnende, moeten worden uitgevoerd. liet openen van het tirailleurvuur, het salvo- en snelvuur moeten niet meer door middel van signalen, maar op aanwijzingen en commando's plaats vinden. De overtolligheid van het signaal „Soutiens in de linie" toonden wij reeds vroeger aan. Eindelijk achten wij de signalen: „Retireeren" „Verzamelen" en „Inrukken" voor hoogst gevaarlijk, als zij niet voor het geheel be doeld zijn. In het gevecht gelooven wij, dat men volstaan kan met de signalen: „Het geheel avanceeren"; „Het geheel halt"; „At taqueeren" en „Cavalerie." Buiten het gevechtsveld kunnen de sig nalen gebezigd worden, waar de vijand reeds kennis draagt van onze aanwezigheid, en men in het bedekte terrein geen ander mid del heeft om de verbinding met voor- en zijwaarts marcheerende af- deelingen te onderhouden. De teekens moeten hoogst eenvoudig blijven om de tirailleurlinic in het gevecht te kunnen leiden. Men heeft in Nederland meerma len bepaalde teekens voorgeschreven, doch als er werkelijk gescho ten werd, belette de kruitdamp ze te onderscheiden. Het Zwitsersch reglement, dat 5 teekens voorschrijft, bepaalt dan ook wijselijk, dat ze in het vuurgevecht niet gebruikt moeten worden. Het wen ken met de sabel zal het eenvoudigste en beste zijndaarom ach ten wij het voorschrijven van teekens tamelijk overbodig. Onze critiek is hiermede ten einde gebrachtonze taak echter niet. Wij stellen ons voor, op de wijze, als reeds door ons eene proeve van eene Tirailleurschool gegeven werd, de gevechtsscholen voor de compagnie en het bataljon te ontwerpen. Yoorloopig zul len wij echter dien arbeid laten rusten, in de hoop, dat onze studie eenige kameraden, wier theoretische kennis door krijgsonderviuding verrijkt is, hunne meening wederkeerig zullen medcdeeleu. Wij vleien ons geenszins, dat onze denkbeelden algemeen ingang zullen vinden. Roeds hebben we het tegendeel ondervonden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 605