366
Met den terugkeer der expeditie was echter de oorlog niet geëin
digd; integendeel, strijd en lijden zouden nog de krachten van
het Leger op eene grootere proef stellen dan ooit te voren was ge
leverd; en hetgeen in dit tijdperk uitsluitend ter bevrediging van
zuiver expeditionaire' behoeften werd verricht, mocht dus aan de ont
worpen verzameling niet ontbreken. Dat betreft voornamelijk den,
alle ander werk in de schaduw latenden logiesbouw voor de voort
durend aangroeiende troepenmacht c. a. tot eene maximaal sterkte
van circa 17000 officieren, ambtenaren, beambten, onderofficieren
en soldaten, vrije geniewerkers (ambachtslieden en koelies) banne
lingen, vrouwen en kinderen.
De verzameling kwam, gelijk voorzien was, niet tijdig genoeg ge
reed om nog op de Tentoonstelling te worden geëtaleerd. Zij werd
nu door de Regeering voor eene der inrichtingen van militair onder
wijs in Nederland bestemd, en ik maakte van deze vertraging ge
bruik, haar in de algemeene vergadering van 16 October 1878 van
de afdeeling Nederlandsch-Indië van het Koninklijk Instituut van
Ingenieurs ter bezichtiging der Leden te stellensedert werd zij nog
met een paar modellen van barak- en houten logiesbouw aangevuld.
De algemeene toelichtingen, in die vergadering mondeling gegeven,
worden in deze verhandeling, wat meer uitgewerkt, herhaaldde mo
dellen zijn door de teekeningen der voorwerpen vervangen, vergezeld
van de deels door mij en deels ten hoofdbureele der Genie opge
maakte beschrijvingen van de voorwerpen zeiven, van hun gebruik
en van hunne voor- en nadeelen.
2. Grondslagen der uitrusting.
De eerste expeditie was overhaast naar Atjeh vertrokken, en ge-
volgelijk de uitrusting der Genie tot het dringend noodige beperkt.
Behalve de reglementair voorgeschreven uitrusting van eene kom
pa gnie Mineurs en Sapeurs, waren slechts de benoodigdheden voor
2 prauwvlotten, eenige chicanemiddelen en wat materialen (bamboe
zen, matten, planken, enz.) medegegeven.
Over het rijk van Atjeh en zijn volk waren wel veel algemeen
heden, deels van zeer ouden datum, verzameld, doch ze bleken ten
eenenmale onvoldoende; eene degelijke krijgvoering behoeft ge-