92 Compagnie met al hare schulden had overgenomenwerd het bestuur van den Gouverneur- Generaal geheel ondergeschikt aan het Staatsbewind in Nederland en werd hij de ecnige en onmiddelijke vertegenwoordiger van het Opperbestuur. In het hoogst uitvoerend gezag, in den persoon van den Gouverneur-Generaal gevestigd, moest naar het oordeel der Commissie van 1803 (zie Mr. P. Alij er) zijn opgesloten het opperbevel over de land- en zeemacht in de koloniën. Was dit goed gezien Het is bekend, dat de O. I. Compagnie, tot in het jaar 1780, alleen en uit eigen middelen in de verdediging van Indïè heeft voorzien. Sedert dat jaar heeft het staatsbewind meermalen oorlogschepen naar de koloniën gezonden, maar het begrip dat de commandeerende marineofficieren zich nu en dan vormden van het wezen der Indische Regeering, had vaak aanleiding gegeven tot groote moeilijkheden, aangezien die officieren volstrekt weigerdenzich te stellen onder de bevelen van een Gouverneur- Generaal, die geene militaire charge had en, door hen beschouwd als bloot opper-agent van een commercieel lichaamdaarom volgens hunne zienswijze ook onbevoegd was, aan militairenin dienst van den Staatbevelen te geven. Ofschoon dat begrip door de toenmalige Indische regeering doorgaans met inschikkelijkheid werd behandeld, zoo was het toch, zoowel voor haar aanzien en ontzag als voor de veiligheid en het behoud der koloniën, noodig, aan dien onzuiveren toestand een einde te maken. Dè hierboven bedoelde Commissie stelde daarom voor, dat de Gouverneur-Generaal zou zijn Opperbevelhebber over de land- en zeemacht van den staatbeoosten de Kaap de Goede Hoop [later, tijdens de inlijving van het koningrijk Holland bij Frankrijk, heette hij G. G. van Z. M. bezittingen ten oosten van Isle de Franceen dat alle zee- en landoffi- cieren van de Republiekzich aldaar bevindendezijne bevelen hadden te gehoorzamen. De Commissie wilde al verder, dat de Gouverneur-Generaal, bij zijne benoeming als zoodanig, zoude aangesteld worden tot Luitenant-Generaalwelke militaire charge, even als die van Generaal der Infanterie [de stadhouder was Kapitein-Generaalin Frankrijk had men den rang van Majoor-Generaal (Chef van den Generalen staf, boven dien van connétable of maarschalk)later werd Prins Frederik veld-maarschalk cn Kolonel-Generaalreeds door enkele Gouverneurs-Generaal tijdens de Compagnie, doch slechts persoonlijk, is bekleed geworden; terwijl hij dan een bijzonder uniform of costuum zou moeten dragenopdat devoor het oog van den Inlander noodige onderschei ding tusschen hem en andere hooge militaire bevelhebbers in Indïè zou blijven stand grij pen. Het Staatsbewind had echter reeds in deze kwestie voorzien, door bij besluit van 26 Julij 1S02 te bepalen, dat de uniform van den Gouverneur-Generaal der O. I. bezittingen zou bestaan in een donker blauwen rok, met een goud borduursel afgezet, zonder epauletten, „doch voor het overige zoo als dezelve voorheen door de Luitenant-Generaals werd gedragenvoorts een rood kamisool en broeken een driekanten hoed met een liggende witte pluim." Hij zoude o. m. de bevoegdheid hebben om den zetel van bestuur, voor een tijd, buiten Batavia naar een ander gedeelte van het eiland Java te verplaatsen en, in sommige bepaaldelijk uitgedrukte gevallenzich zonder den Raad van Indië derwaarts mogen begeven. Het is bekend, dat het rapport diei Commissie bijna in zijn geheel, doch eerst later, ten gevolge van den oorlogstoestand, is gevolgd geworden en tot grondslag heeft gestrekt voor de Instructie voor den Gouverneur-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 101