178
Bepalen 'wij ons tot deze opmerkingen. Wel is Waar is er nog Teel
in dien geest, dat de aandacht trekt, bijv. liet soms ondoelmatig plaatsen
van keukens en privaten, het niet aanwezig zijn van schotvrije reduits
voor gewonden en zieken, het ontbreken van brandbluschmiddelen, enz.,
doch deze gebreken zijn minder algemeen en kunnen in enkele gevallen
door gebrek aan plaatsruimte of andere omstandigheden niet ontweken
worden.
Zien wij dus, hoe wij de opgenoemde fouten zonder veel onkosten kun
nen verhelpen.
Wat de eerste twee punten betreft, zoo kunnen de daarin opgenoemde
gebreken zeer gemakkelijk in eens verholpen worden. Men plaatst na
melijk de slaaptafels der manschappen niet aan twee of drie faeen en niet
op twee rijen achter elkaar, maar op ééne rij, sluitende tegen de palis
sadeering van alle vier facen, zoodat het dak van het gebouw buiten de
borstwering uitsteekt. Dit dak kan alsdan voor de luchtigheid iets
hooger gemaakt worden. De manschappen liggen met de voeten naar
de palissadeering gekeerd, terwijl aan hun hoofdeinde de plaats voor de
geweren is. Op het signaal ctlctriii staat alles op en is men onmiddelijk
op zijne plaats, terwijl de communicatie over de slaaptafels zeer goed kan
geschieden.
Yan elke face moet nu zoo mogelijk evenveel voor de wacht gecom
mandeerd, en eiken dag de reserve en de manschappen, die in geval van
alarm de bastions moeten bezetten, voor 24 uur aangewezen worden.
Nemen wij nu eene benting voor 100 man, zoodat op elke face 25 sol
daten liggen, dan heeft men zeker aan 100 M. vuurlijn voldoende. Aan
gezien er eiken dag een gedeelte op wacht komt, liggen de manschappen
nu zeer ruim, en zou er zelfs nog plaats voor het kader over zijn. Stel
nu, dat de wacht 25 man sterk is en de reserve en bezetting der bas
tions samen 30 man, dan blijft er 45 man voor de verdediging der
facen over, waarbij nog de schildwachten gevoegd moeten worden, die
natuurlijk door de wacht gegeven worden. Hieruit kan men zienhoe
slecht de facen bezet zullen zijn, als men eene grootere vuurlijn neemt,
Dit heeft ook het voordeel, dat het afstroomend regenwater voor een gedeelte
huiten de versterking valt. De slaaptafels zijn gewoonlijk ongeveer 1 M. hoven den
beganen grond en kunnen dus hij eene palissadeering van 2,5 M. op dezelfde hoogte
blijven. Ook de hoogte van den nok van het dak, welke gewoonlijk 5 a 6 M. is, on
dergaat weinig verandering, als men in aanmerking neemt, dat de gebouwen aanmer
kelijk smaller worden, en dus de onderkant van het dak bij eene zelfde nokhoogte veel
hooger komt.