212
meerderheiddat, na eene gedurende eenige jaren vereischte voorbereiding
door andere eensdenkende ministers, geheel verzekerd moet zijn van de
goedkeuring zijner voorstellen.
Zoowel de opvoering van het oorlogsbudget als de vermeerdering of ver
zwaring van den dienstplicht drukt het meest op den middenstand, die in Ne
derland een bepaald overwicht heeft. Die middenstand moet eerst voorbereid
worden door eene belasting op het inkomen en dan ook de overtuiging bezit
ten, dat het krijgswezen, wanneer het aan de eisehen beantwoordt, den vrede
kan verzekeren, alvorens zij zich materieele opofferingen zal getroosten,
al moge die voorzeker minder zwaar zijn dan die, welke, zooals in het
begin dezer eeuw, gevorderd zullen worden door een vreemden overheerscher.
Slechts onbeschaafde oorlogzuchtige volken kunnen zonder voorberei
ding steeds gereed zijn voor den oorlog; beschaafde natiën daarentegen
niet. In meerdere of mindere mate hebben bij het uitbreken van een
oorlog groote veranderingen plaats in toestanden ten nadeele van de maat
schappelijke.
De dan geëischt wordende ongewone offers zullen echter minder drukkend
zijn, wanneer men reeds in vredestijd, bij de opvoeding der jeugd, de vader
landsliefde hooger doet schatten dan thans het geval is, en in het militieleger
militaire deugden heeft weten aan te wakkeren. Beiden zijn bepaald noodig
tot verzekering van eensgezindheid en van een goed moreel bij het begin
van een verdedigingsoorlog, terwijl door de meerdere bekendheid van het
krijgswezen bij de natie, ook vertrouwen in het leger en in de aanvoering
daarvan zal bestaan. En dat vertrouwen bij de ingezetenen, dat mo
reel bij de voorbereiding en de verdere oorlogshandelingen, die militaire
deugden in het leger van landskinderen en die vaderlandsliefde bij de Natie
zijn in alle opzichten van veel hooger waarde dan uitmuntende doode
strijdmiddelen, waarachter een leger, bestaande uit onvoldoend geoefende
en weinig gedisciplineerde persoonlijk weerplichtigeneene staande armee
van Nederlandsche en vreemde beroepssoldaten en schutterijen tot liet
bewaren van de inwendige rust.
Maar wanneer in eene Grondwet niet duidelijk en juist wordt aangegeven
tot welke plichten ieder burger kanen moet geroepen worden in vredestijd,
zooals helaas in onze Grondwet het geval is, wanneer daardoor toegeef
lijkheid mogelijk is, en zelfs verwaarloozing der eerste plichten van alle
ingezetenen kan plaats hebben dan wordt elke last, aan enkelen opgelegd,
zeer bezwarend, en het daaruit opgewekt medelijden oorzaak van lauw
heid en beginselloosheid in het handhaven der onafhankelijkheid van den
Staat.