291 Pakoe Boewono 1 werd na zijn dood, in 1724 of 1725, opgevolgd dooi zijn zoon Praboe Hamangkoerat II, die veel had te worstelen tegen de vijandschap van eenige oproerige prinsen, die trachtten, hem van den troon te stooten, en onder welke de voornaamsten waren: zijne broeders Pangeran Poerbojo en Blitar, benevens zijne ooms Pangeran Aris Mataram en Dipo Negorowelke laatste zich te Madioen den titel van Panembahan Heroe, TjohroSenopatiPa- notogomo aanmatigde en later naar de Kaap cle Goede Hoop is ver bannen. Gesterkt door de macht van de Compagniebehield hij even wel het bezit des rijks en werd opgevolgd door zijn zoon Palcoe Boewono II, die, uithoofde van zijne jeugd, onder de voogdij zijner moeder en van den Raden Adipati Danoe Bedjo werd gesteld. Deze rijksbestuurder was volgens de geschiedenis een heersch- zuchtig en geslepen man, die zich meer macht aanmatigde dan hem toekwam, alle aangelegenheden naar zijn voordeel wist te be stieren en eindelijk alle ambten door zijne gunstelingen had laten vervullen. De vorst, tot jaren gekomen zijnde, opende zijne oogen en be werkte de welverdiende ballingschap van dien gevaarlijken hoveling naar Ceilon. Deze Danoe Eedjo had door zijne arglistigheid de voogdesse en moedei van den vorst in zijn belang weten over te halen en dus geene de minste hindernis in de uitoefening zijner euveldaden gehad, waarvan de Pangeran Ario Mangkoe Negorooudere en halve broeder van den jongen vorst, het meest de schadelijke gevolgen en uitwerk selen moest gevoelen. Deze prins was een onecht kind en gehuwd met eene dochter van den vroeger genoemden oproerigen Pangeran Blitar. Door het volk om zijne goede hoedanigheden algemeen geacht, was hij den rijksbestierder in zijne baatzuchtige aanslagen hinderlijk en diensvol gens ook gestadig het voornaamste voorwerp zijner vervolging, ge lijk deze dan ook trachtte, den geest van den jongen vorst tegen hem op te winden en hem in het denkbeeld te brengen, dat zijn broeder naar den troon don°\ Het is echter mogelijk, dat die prins reden had, ontevreden te O

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 300