en orde en de landsverdediging aan liet gelieele volk opdragen, nim mer zal van zulk een stelsel in Inclië sprake kunnen zijn. Het is dus duidelijk, dat voor het Indische leger immer een zeker aan tal Nederlanders en andere Europeanen moet aangenomen worden, liet koste wat het wil. Iloe is tot dusverre nu de wijze geweest, waarop men dat aan tal Europeanen verkreeg? We zullen door enkele vragen slechts op de resultaten wijzen van het tot nu toe gevolgde stelsel. Waarom moet de Indische soldaat, d. w. z. de man, die immer in dien graad blijft dienen, zoo geheel verschillend van alle andere hier aanwezige Nederlanderszonder eenigen prikkel, zonder eenig vooruitzicht op belooning blijven zwoegen en werken? Het door dienen op pensioen lokt nog wel enkelen, doch de massa be schouwt dat vooruitzicht als van nul en geene waarde. Hoogge plaatste staatslieden vinden dat pensioen na 12 jaren onafgebroken dienst in Indiëf 16,50 per maand inkomen zoo min niet en mec- nen al zeer veel voor den geringen man gedaan te hebben door dat bedrag vroeger voor 20 jaren dienst toegekend nu reeds voor 12 jaren te verleenen. Als de kwestie van vraag en aanbod hierbij ter sprake gebracht mocht worden, dan zou het uitblijven der aanbiedin gen, wanneer de groote handgelden niet gegeven werden, reeds de proef op de som leveren. Is de Indische soldaat niet even als ieder ander Europeaan in deze gewesten, een immigrant, die zijn geboorteland verliet om on der een ander klimaat en zijne ongunstige invloeden te trachten, zijn brood te verdienen en zoo mogelijk tot eenigen welstand te geraken Waarom krijgt hij zulk een gering deel van de schatten, die hij bewaakt Is het een gezonde toestand te noemen, wanneer men de nog te presteeren diensten reeds vooruit betaalt, ten einde ze wat goedkooper te krijgen? Is het uitbetalen van hooge handgelden niet eene speculatie op de zwakheid van gebrek lijdende individuen? Wordt daardoor niet eene soort van slavernij geboren Kan de uit die slavernij ontsproten dwang ooit voeren tot het met lust en ijver verrichten van de beloofde diensten?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 31