21 waartoe thans, helaas, nog dikwijls genoeg gegronde aanleiding gegeven wordt. De pogingen om zich aan de gesloten dienstverbintenis te onttrekken, zullen tot een minimum dalen. K' gsl aadzakenzoomede de sterfte- en ziektecijfers zullen ver minderen. Ei zal eene klasse in de Indische maatschappij komen, waarop te eenigei tijd nog te rekenen valt als eene krachtige reserve in tijden van gevaar, enz. enz. Veel is er nog te noemen, waarin het nieuwe stelsel zoude voorzien, doch het bovenstaande achten we al voldoende. De eenige nadeelen van dat stelsel zouden zijn: De slechte sujetten zouden spoediger naar Nederland teruggezonden moeten worden dau nu in den regel geschiedt. Inderdaad zou het echter blijken nog een voordeel te zijn. De berekening twee jaren te voren van het cijfer der jaarlijksche werving zal wel eenigszins moeilijker gaan dan nu het geval is, doch niet onmogelijk zijn. Het is ook niet zeker of er vele reëngagementen gesloten zullen woiden, maar de mogelijkheid wordt niet weggenomen, vooral niet omdat eene verbintenis telkens voor drie jaren niet zoo afschrikt als het dubbele aantal. Er zal misschien meer uitgegeven worden aan transportkosten van Nederland naar Oost-Indië en omgekeerd dan thans, doch dit behoort eene koloniale mogendheid zich te getroosten in het belang vau den particulieren stoomvaart. De toepassing van het stelsel is zoo eenvoudig mogelijk en kan ook, zonder eenige stoornis te veroorzaken, dadelijk in werking treden. De bestaande bepalingen blijven gehandhaafd voor allen, die daar onder wenschen te blijven dienen; doch men stelle de gelegenheid aan Nedet landers openom ook op de vorenbedoelde voorwaarde als militair naar Indiè te gaan. In eenige jaren zoude het dan spoe dig blijken of die regeling werkelijk met den geest des tijds strookt. Als voorwaarden van die indiensttreding zouden we dan willen aangeven;

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 33