360
veld kan verkrijgen. Dit is waarschijnlijk een gevolg van de moeilijk
heid, om op militair gebied het verband tusschen oorzaken en gevolg
voor oningewijden duidelijk aan te toonen.
De honderde factoren, die invloed uitoefenen op den uitslag van een
gevecht, zijn na den strijd niet allen meer aan te wijzen en veel minder
naar juistheid te schatten op de waarde, die daaraan moet worden toe
gekend. Zeer eenvoudige voorbeelden, welke handelingen betreffen, waar
bij het resultaat, dat men verkreeg, en dat verkregen kon worden, ook
door niet-militairen kan beoordeeld worden, kunnen dezen dan ook alleen
doordringen van het groote gewicht, dat verhonden is aan eene goede
voorbereiding tot den strijd en aan het bezit van een intelligent offi
cierscorps, van een deugdelijk kader en van geoefende soldaten.
Als staaltje van zulk een voorbeeld, deelen wij hier het volgende mede,
dat een officier tot welk leger hij behoorde, doet hier niet ter zake
mij gedurende mijn vroeger verblijf in Nederland uit zijne oorlogservaring
ten beste gaf. „Ik was met eene patrouille, sterk 30 man," vertelde hij
„op verkenning, toen mijn voortroep I man uit het bedekte terrein
komende, plotseling op de voorliggende vlakte en op een 50 pas afstand
5 vijanden zag, die slechts van blanke wapens voorzien waren. De voor
troep opende omniddelijk een hevig snelvuur, en mijne overige manschap
pen stormden, zonder dat daar iets tegen te doen was, voorwaarts naai
den voortroep, waarbij zij zich aansloten. Alle manschappen namen nu
deel aan het snelvuur, dat niet eer ophield, vóór dat ieder man zijne
10 patronen verschoten had. Totaal 300 patronen dus, en met welk re
sultaat? De 5 vijanden zwommen kalm onder onze oogen de vlak bij
liggende rivier over, terwijl zij een hunner ondersteundendie, licht
gekwetst, niet geheel op eigen krachten kon vertrouwen." Een sterk
stukje zal men zeggen. Een gevolg van weinig zelfvertrouwenvoort
spruitende uit onvoldoende voorbereiding tot den strijdzeg iken geef
als mijne meening te kennen, dat als men den invloed eener onvoldoen
de voorbereiding en van gebrek aan grondige kennis der oorlogvoering-
op de operatieplannen, op de leiding der gevechten en op den eigenlijken
strijd op even sterk sprekende wijze kon aantoonen. een ieder zou ei-
schendat maatregelen werden genomen tot het verkrijgen van een uit
muntend officierscorps en tot voorbereiding tot den oorlog in den volsten
zin van het woord.
Worden nu alle mogelijke middelen in het werk gesteld om een uit
muntend officierscorps te verkrijgen? Wij gelooven het niet en vermeenen,
dat de middelen daartoe altijd achterwege moeten blijven, zoolang het