419
beide Nederlandsche legers wordt van het Nederlandsche volk, hoewel
zonder directen dwang uit te oefenenevenveel geëischtwant men mag
niet over het hoofd ziendat bij het Nederlandsche leger ook nog
vele plaatsvervangers dienen, dus ook vrijwilligers in zekere op
zichten, die toch in alle gevallen uit de natie moeten getrok
ken wordenniet gerekend de miliciensdie toch ook, zelfs al is
er geen gebrek aan vrijwilligersgedurende eenigen tijd onder de
wapenen moeten blijven.
Kan het dus nog verwondering baren, dat bij het Nederlandsche
leger in 't geheel 13000 vrijwilligers ontbreken en bij het In
dische leger primo 1S79 een tekort bestond van 190 officieren, ter
wijl onder hot Europeesche gedeelte der minderen zich toen49,fpCt.
vreemdelingen bevonden? Het Nederlandsche volk is niet militair
Voornamelijk wat betreft het officierscorps, valt het al dadelijk in
het oog, dat de Nederlandsche natie een betrekkelijk veel grooter
aantal krijgskundige mannen moet opleveren dan Duitschland en
Frankrijk. Veronderstellen wij nu, dat de beschaving en het onder
wijs in FrankrijkDuitschland en Nederland op gelijke hoogte staan,
dan is het duidelijk, dat de jeugd in Nederland met meer militairen
geest moet bezield zijn dan in Frankrijk en Duitschland, wil Nederland
zijn officierscorps op den duur met goede elementen voltallig houden.
Men brenge hier niet in het midden, dat Frankrijk en Duitschland
buitendien nog een groot aantal reserveofficieren noodig hebben, die
alleen bij mobilisatie in functie treden, Nederland heeft daarentegen
zijne schutter officier en, al hebben ze minder te beteekenen.
Het gebrekkige der Nederlandsche legerformatie is niet, dat er zoo veel
minder Nederlanders hun land als officier en minder militair die-
ne en willen dienen dan natuurlijk percentsgewijze genomen-in
Duitschland en Frankrijk het geval is, maar dat, terwijl Frank
rijk en Duitschland waarborgen opleveren, dat, al mogen de
militaire diensten bij die natiën reeds groot genoemd worden in
tijd van vrede, die landen in tijd van oorlog deugdzame legers
hebben, waarop de staat kan rekenen, terwijl zoo iets met Nederland
niet het geval is. Ons volk brengt dezelfde offerszonder dezelf
de vruchten er van in te oogsten als in .Frankrijk en Duitsch
land gedaan wordt. Hetzelfde ziet men in Engeland en België