606
1 hoofdofficier op 11 subalterne officieren, terwijl zij in 1874 1
hoofdofficier op 10 subalterne officieren was. Commentaar is overbodig.
Eindelijk zou hier de vraag behandeld kunnen worden of de Chef
der Geneeskundige dienst Generaal-Majoor kan zijn. Ja, wanneer
dit ook wordt bepaald ten aanzien van de Chefs der wapens van de
Artillerie en Genie en van den Hoofdintendant der Militaire adminis
tratie; anders niet, want dan begaat men tegenover die chefs eene
onbillijkheid. Wel is waar zoude men vergelijkingen kunnen maken
met de formatie der officieren van Gezondheid bij het Nederlandsche
leger. Daar telt men
a. voor de normale (d. i. vredes) formatie: 1 Generaal-Majoor,
3 Kolonels en 15 Luitenant-Kolonels en Majoors op 92 officieren
van Gezondheid der 1° en der 2e klasse; en
b. voor de oorZo^s-formatie, d. i. met de reserve hetzelfde aantal (19)
hoofdofficieren op 230 (actieve en reserve) officieren van Gezondheid
der le en der 2C klasse.
In het Indische leger daarentegen telt men 1 Kolonel5 Luitenant-
Kolonels en 9 Majoors op 52 officieren van Gezondheid der le en
117 der 2e klasse, d. i. dus 15 hoofdofficieren op 169 officieren van
Gezondheid der le en der 2e klasse. In het Nederlandsche leger
heeft men dus op bijna 5 subalterne officieren en in het Indische
leger op ruim 11 subalterne officieren 1 hoofdofficierMaar waartoe
die vergelijking? Gaat het maken van zoodanige vergelijking niet
in de meeste gevallen mank? Zeker, wanneer het slechts te doen
is om de formatie van het Indische leger uit te breiden; want dan
zouden alle staven en officierscorpsen van dit leger op veel ruimeren
voet georganiseerd moeten zijn.
II. Militaire apothekers. In het eerste gedeelte van dit opstel hebben we
de wenschelijkheid uitgesproken om de bij de Geneeskundige Wetten van
1865 uitgesproken gelijkstelling van opleiding voor artsen enpkarmaceu-
ten ook toe te passen voor de ten be hoeve van hec Indische leger op te
leiden militaire apothekers. We hebben gezegd, wat de Staat voortaan
hebbe te verrichten om de opleiding op dezelfde wijze te doen geschie
den als tegenwoordig voor de aanstaande artsen van het Indische
leger geldt. Na dat beginsel van opleiding staats- of academische
examens op den voorgrond te hebben gesteldbehoort als logisch