616 zwavel verbonden, werden gevonden; doch eene stof, die de zwavel met vrucht zoude kunnen vervangen, was niet aan te wijzen. Het werd niet wenschelijk geacht om bij het veldkanon de kartetsen voor 8 cM. te gebruiken, daar deze wegens de zeer zwakke bussen, bij het vervoer in de voorwagons, denkelijk veel te lijden zouden hebben. Op grond van een en ander werd voorgesteld, zoo van de kartetsen tot 12 cM. als van die tot S cM. Veld een paar honderd te doen aanmaken met lichter gesol- deerden naad en met lossen bodem en deze te doen beproeven. De Chef van het Wapen kon zich met dit voorstel vereenigen. Volgens het zesde deel der „Verslagen, „rapporten en memoriën", bl. 221, had een in Nederland gedaan voorstel om het niet verbrijzelen te voorkomen, door'o. a. den bodem niet aan de bus te soldeeren, tegenkanting ondervonden, omdat bij de beproeving van het aehterlaadkanon van 8 cM. was opgemerkt, dat de bodems der kartetsen soms loslieten en dit tot doorstuiven van de zwavel aanleiding gaf. Echter werd niet opgegeven, in hoeverre dat doorstuiven bepaald nadeelig was, terwijl ook uit het verslag werd opgemaakt, dat het gebrek zich voordeed bij de op de aifu.t medegevoerde kartetsen, die natuurlijk meer te lijden hebben dan die in den voorwagen. Ten einde te kunnen beoordeelen, in welke mate een losse bodem nadeelig op het behoud der kartetsen werkt, werd last gegeven, een 12tal proefmodel-kartetsen tot 8 cM. aan de le compagnie te verstrekken en den Commandant der divisie veldartillerie opgedragen, deze projectielen in de voorwagens der le linie te doen opbewaren en maandelijks omtrent den uiterlijken toestand te rapporteeren. De schietproef had op het terrein te Simo plaats. Daarvoor waren aangemaakt: ie 200 kartetsen tot 8 cM. Veld, waarvan bij de helft het blik 0,5 mM. bij de andere helft 0,6 mM. dik was; 2e 200 kartetsen tot 12 cM. Brons Getrokken; b.j 50 bedroeg de dikte van het blik 0,5 mM., bij 50 0,6 mM, bij de overige 100 0,7 mM. Het enkel blik, een handelsartikel, en normaal 0,5 mM. zwaar, varieert steeds eenigszins dikte; om te kunnen beoordeelen, in hoeverre de dikte van invloed was, werden de bladen vóór den aanmaak der kartetsen gesorteerd. Bij deze kartetsen was de bodem los, de naad slechts ter breedte van 4 mM gesoldeerd (vroeger 6 mM.) terwijl het soldeer uit gelijke deelen tin en lood bestond (vroeger 2 tin en 1 lood). Volgens opdracht van den Chef, moesten voor deze proef eenigszins uitgeschoten kanons en buskruit van de minimum (195 M.) of dicht daarbij gelegen portee gebezigd worden, om de omstandigheden bij de proef niet gunstiger te nemen dan in de werkelijkheid het geval zal zijn. Hieraan werd voldaan, behalve ten opzichte van het kanon van 12 cM daar -een uitgeschoten vuurmond van dat kaliber te Soerabaja aanwezig was. Het gebruikte buskruit behaalde eene worpsverheid van 194 M. Er werd gevuurd op eene houten schijf van Singapoerscke planken, dik 0,025 M., hoog 2,8 M. en lang 10 M., ten einde te kunnen nagaan of de kartetsen behoorlijk

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1880 | | pagina 623