643 -
den brief van Generaal Booms aan Generaal
Van Swieten als bijlage (Overgenomen uit
het Vaderland). Rotterdam, Nygh en Van
Ditmar. 1879.
Over den open brief van Generaal Van Swieten aan Generaal Booms
hebben wij reeds gesproken in de beschouwing der brochure van den
Heer Jeelcel (Zie vorige aflevering van dit tijdschrift). In dat oordeel staan
wij aan de zijde der meerderheid. Hebben wij nog altijd een te goed denkbeeld
van het karakter van den Generaal Van Swietenom te kunnen denken, dat
hij self zoodanigen brief heeft kunnen schrijven aan iemand, die, zoo als
de Generaal Booms deed, hem op waardige wijze op zijne verkeerde
beschouwingen opmerkzaam maakte, het blijft niettemin den Generaal
Van Swieten moeilijk te vergeven, dat hij, die in 1879 den oud-Lui-
tenant ter zee der 1° klasse Jeekel verweet, dat deze in een publiek
geschrift voor een oud-Generaal de gevorderde militaire égards niet
in acht had genomen, in dat zelfde jaar de zwakheid had, onder een
ongepasten brief zijn naam te plaatsen, waarin ieder militair kan lezenwelke
égards een oud-commandant van het Indische leger tegenover een
oud-minister van Oorlog niet in acht nam
Hiermede hebben wij genoeg gezegd over deze beweerde pseudo-penne-
vrucht van den Generaal Van Swieten.
C.
Essai sur les principes régissant l'admi-
nistration de la justice aux Indes Orientales
Holland ais es, surtout dans les iles de Java
et de Madouraet leur applicationpar
C. P. K. Winclcel, Docteur en droit, etc.
Avec une planche et une carte. Scimarang
G. C. T. Van Dorp et Co. Amsterdam
Scheltema et Hollcema. 1880.
Oude lezers van dit tijdschrift zullen zich den naam van den Heer
Winckel nog wel herinneren, die in den jaargang 1873 het opstel: „De
reclames en de krijgstucht" plaatste. Al zijn wij het met de strekking-
van dat stuk niet eens, zoo veel te meer zijn wij dat wel met de inleiding
van het opstel, waarin de schrijver ons eene goede afbeelding geeft van
het Indisch militair recht.