113 Het bepaalde bij liet slot van artikel 51 zal ook in deze toepas selijk zijn. Van misdrijven tegen de personen en eigendommenin tijd van oorlog gepleegd. Artikel Een en zestig. Ieder militair, behoorende tot bet leger te velde, die, 0111 zicb buit te verschaffen, zich eigenmachtig van zijn corps verwijdert, wordt gestraft met detentie voor niet langer dan drie jaren. Artikel Twee en zestig. Met dezelfde straf wordt gestraft ieder militair, die zicli te velde schuldig maakt aan het vernielen of onbruikbaar maken van eens anders eigendom. Artikel Drie en zestig. Ieder militair, die in tijd van oorlog, zonder order van zijn meer dere, magazijnen, arsenalen, land- of woonhuizenteveldstaand of ge maaid graan en in het algemeen publieke of private eigendommen in brand steekt, wordt gestraft met den kruiwagen voor ten hoogste tien jaren. Hij zal met den dood gestraft worden, zoo hierdoor menschenlevens in gevaar worden gebracht. Artikel Vier en zestig. Met den kruiwagen van ten hoogste tien jaren wordt gestraft ieder militair, die, gewapend, hetzij alleen, hetzij met anderen, de inwoners in hunne woningen plundert. Een officier, die zich hieraan mocht hebben schuldig gemaakt, zal deswege met den dood gestraft worden. Artikel Vijf en zestig. Indien de plundering met geweld aan personen of met zware bedreigingen is vergezeld geweestzal degene, die zich hieraan heeft schuldig gemaakt, steeds met den dood gestraft worden. Artikel Zes en zestig. Ieder militair of ander persoon, tot het leger behoorendedie aldus geplunderde goederen, desbewust, verbergt, ontvangt of koopt, zal als medeplichtige met dezelfde straf worden gestraft. 8 ACHTSTE HOOFDSTUK.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 124