117 tal van, wel is waar gunstige conduitebeoordeelingenin vroegere jaren over hem uitgebracht in Atjeh of eenige andere buitenbezitting, soms wel op eene kleinere post ongemoeid gelatenterwijl zijn niet minder gunstig gesignaleerde collega Y somwijlen nog wel uit de Se of 2° militaire afdeeling op Java naar Weltevreden wordt overgeplaatst Is dit geen meten met twee maten, geen zeer te veroordeelen willekeur Het is begrijpelijk, dat op deze laatste vraag door'vele officieren voetstoots in bevestigenden zin zal worden geantwoord. En alhoewel ook wij dit meten met ongelijke maten, om later te zeggen redenen, niet toejuichen, toch moet ons al dadelijk de verklaring van het hart, dat er aan de zijde der veroordeelaars niet weinig eenzijdigheid en overdrijving in beschouwing waar te nemen is. - Dat onder meer daarwaar zulke hoogst gewichtige belangen voor het betrokken individu in het spel zijn, in de eerste plaats de Chef van de afdeeling „Infanterie" en iu laatste instantie de Legercom mandant, bij het voordragen van en het besluiten tot zoodanige over plaatsing naar Weltevredenslechts een wilden greep onder de oude Kapiteins zouden doen; dat beide Generaals geene kennis zouden nemen van de daartoe noodige stukkenniet zouden wikken en wegen, wie de vroegere beoordeelaars van den betrokken Kapitein zijn geweest; en ten slotte niet in alle consciëntie in hun oog bepaald gegronde motieven zouden hebben, waarom X in Atjeh blijven kon en Y naar Weltevreden gaan moest, achten wij eenvoudig voor niet aanneembaar. Ten tweede gaat het niet aan, aan de uitverkoren Majoors onder wie die Kapiteins te Weltevreden gaan dienen een brevet als het ware van gewetenloosheid uit te reiken, alsof die hoofdofficieren zonder of met vorm van proces, 't doet er niet toe al die Kapi teins te voren reeds zouden hebben veroordeeld, om niet hooger te klimmen; met andere woorden, als zouden die Majoors, in handen van den Legercommandant, het werktuig zijn om bij de allereerste, over die Kapiteins uit te brengen conduitebeoordeeling een ja van jaren her per se in neen veranderen. "Wel vernamen wij, meermalen, dat tot nog toe geen enkel Kapi tein om het zoo eens te noemen ongedeerd uit de handen van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 128