183 tenbezittingen aan dien eisch voldoen, zouden we er zelfs voor zijn, dat het bestuur daarover aan civiele ambtenaren wordt opgedragen, omdat deze daarvoor, in den regel, geschikter zijn dan officieren, uitzonderingen daargelaten. Maar welke buitenbezittingen voldoen zelfs op dit oogenblik geheel aan die eischen Wat ziet men echter in die gewesten gewoonlijk gebeu ren wanneer daarin onlusten uitbrekenten gevolge waarvan eene expe ditie derwaarts moet worden gezonden Is het niet splitsing van ge zag P Naast of liever boven den militairen aanvoerder een civiel amb tenaar die zich niet zelden met het beleid der militaire operatiën in laat, ja zelfs zoogenaamde patrouilles commandeert. Is dat een gezond beginsel? Wij gelooven het niet. Yoor eene kolonie als Indië zou zeker hot zuiverste standpunt zijn, dat in gewesten, waar het bestuur nog niet behoorlijk georganiseerd is of die door uitgebroken onlusten in zoodanigen toestand verkeeren, dat derwaarts eene expeditie moet worden gezonden, of de stemming der be volking ons gouvernement dwingt, tot het bijeenhouden aldaar van eene sterke troepenmacht, een militair ook met het civiel gezag wordt belast. Verscheidene buitenbezittingen verkeeren nog in dien toestand. Dat eene halve eeuw geleden meer officieren dan tegenwoordig met het civiel gezag werden belast, wil niet zeggen, dat de toestanden in die buitenbezittingen enkele natuurlijk uitgezonderd zoo veel beter zijn geworden dan in dien tijd, maar wel dat de keuze van geschikte ambtenaren toen zoo veel geringer was dan tegenwoordig, zoodat men het gebrek daaraan trachtte te vergoeden door te putten uit de intelligentste officieren. Civiel in al hare opvattingen is onze Regee- ring altijd geweest en niet het minst wat wel merkwaardig is onder Gouverneurs-Generaal, die, zoo als Van den Bosch en Baud vroeger officier waren geweest. Stemmen, die natuurlijk van civiele zijde zijn opgegaan, hebben wel eens beweerd, dat het opdragen van het civiel gezag aan offi cieren daarom zoo gevaarlijk is, omdat zij zoo „oorlogzuchtig" zijn. Dit verwijt is ongegrond. Het tegendeel is waar. De geschiedenis heeft echter meermalen doen zien, hoe civiele ambtenaren, tuk op onderscheiding, door de Regeering in hunne oorlogzuchtige plannen gebreideld moesten worden,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 194