197 brigadecommandant. De Artillerie is dan ook niet zoo nauw gebonden aan de plaatsen, voor dit wapen aangegeven voor de oefeningen in de Linieschool volgens dit voorschrift. De detachementen Infanterie of [en] Cavalerie, die bijzonder tot dekking der Artillerie zijn bestemd, zullen zich gedragen naar het geen de tactiek aangeeft. Bij de exercitiën stellen zij zich gewoonlijk zij- en achterwaarts, tot bescherming van den buitenvleugel der Artil lerie, met eenige tirailleurs voor- en zijwaarts, en zorgen, alhoewel steeds bij de hand, de Artillerie in hare bewegingen niet te belem meren. De detachementscommandanten doen wijders opvolgen wat hun door den batterijcommandant verzocht wordt. Deze laatste is dan ook verplicht, zooveel doenlijk den detachementscommandant bij tijds inede te deelen, in welke richting de batterij zich zal bewegen, telkens wanneer de batterij in versnelden gang van positie zal veran deren, als wanneer het detachement zich al dadelijk in beweging kan stellen naar de nieuwe stelling, om zooveel mogelijk gelijk met de Artillerie of vroeger daar aan te komen. 16. Wanneer na een opmarsch of eene formatie in bataille, in bijzon dere gevallen, voor de linie front naar het 2de gelid wordt gecom mandeerd dan zal de Artillerie naar dat zelfde front in batterij wor den gesteldof toepassen het in de Batterijschool (Aanhangsel) voor- geschrevene voor het geval van onverwachten aanval in den rug, al naar omstandigheden. Eene brigade manoeuvreert niet met het 2C gelid vóórmocht zulks echter bevolen worden, dan zullen de batterijen niet opzettelijk van vleugel of positie veranderen, maar elke batterij in het algemeen zich blijven bewegen bij of naast den eigenlijken rechter (linker) vleu gel van het rechter (linker) bataljon, waarnaast de batterij is ingedeeld. Bij het in front herstellen der Infanterie zullen de batterijen dan ook weder op hare plaats zijn. 2e af deelingart. 4. DE COLONNE OP WEG. 17. Hierbij wordt, voor zoo verre te pas komt, in acht genomen het aangegevene in 6 en overigens in meer algemeenen zin toegepast wat den artillerist in de Batterijschool (Aanhangsel) geleerd wordt, en waarbij ook is aangegeven „hoedanig eene batterijbij eene achter hoede gevoegd, zich zal gedragen, als de vijand bij een terugtocht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1881 | | pagina 208